Headerafbeelding
Vaas op tafel in wachtkamer met zicht op binnentuin
Behandeling

Ureteroscopie bij nierstenen

Nierstenen kunnen worden verwijderd met een ureteroscopie. Hierbij brengt de arts een dun hol buisje (de ureteroscoop) via de plasbuis en de blaas in de urineleider (ureter), om zo de niersteen te verwijderen.

Een klein steentje in de urinebuis plast u meestal vanzelf uit. Soms is de steen in de urineleider zo groot dat de urine er niet meer langs kan. Doordat er urine in de nier ophoopt, bestaat het gevaar dat de nier op den duur minder goed gaat functioneren. Ook wordt de kans op een infectie groter. Dan kan gekozen worden voor een ureteroscopie. Ook als iemand langere tijd heftige buikpijnaanvallen (koliekpijnen) heeft door de niersteen, kan dit een reden zijn om een ureteroscopie te doen.

De arts kiest voor deze behandeling als een behandeling met de niersteenvergruizer niet heeft geholpen of voor u niet geschikt is. Na een ureteroscopie heeft u geen uitwendige wond. Toch is een ureteroscopie wel een echte operatie.

Hoe verloopt de behandeling?

Hier vindt u alle belangrijke informatie over uw behandeling

Praktische tips

MijnJBZ

Via MijnJBZ kunt u zelf een deel van uw persoonlijke en medische gegevens inzien die in het JBZ over u bekend zijn. Zie ook: Wat kan ik in MijnJBZ zien? 

Opleidingsziekenhuis

In het JBZ leiden we verpleegkundigen, coassis­tenten, artsen en andere zorgverleners op. Dit betekent dat bij uw afspraak soms meerdere zorgverleners aanwezig zijn. En het kan zijn dat u onderzocht of behan­deld wordt door een zorgverlener in opleiding. Deze zorgverlener werkt altijd onder supervisie van een gekwali­ficeerde zorgverlener.

Bekijk uw zorgverzekering

Controleer zelf vóór een afspraak in het JBZ of uw zorg wordt vergoed:

  • Bekijk hier met welke zorgverzekeraars het JBZ een contract heeft.
  • Het hangt ook af van uw polis of uw zorgverzekeraar alle zorg volledig vergoedt.
  • Onze zorg valt voor volwassenen onder het wettelijk eigen risico. Dit betekent dat u ieder jaar eerst een bedrag zelf moet betalen, voordat uw zorgverzekeraar kosten gaat vergoeden. 

Gegevens delen

Wilt u dat zorgverleners buiten het Jeroen Bosch Ziekenhuis uw medische gegevens kunnen inzien? Dan moet u het JBZ toestemming geven om uw gegevens beschikbaar te stellen.

Betrokken afdelingen

Code URO-028
Laatste revisie: 19 november 2025 - 16:32
Hoe verloopt de behandeling?

Ureteroscopie bij nierstenen

Informatiefolders voorbereiding dagopname en operatie

Het is belangrijk dat u zich goed voorbereid op deze operatie. Lees daarom de informatie: 'Anesthesie en voorbereiding op een operatie of onderzoek' goed door en volg de instructie voor het nuchter zijn voor de operatie. 

U wordt voor deze operatie meestal opgenomen op de afdeling Dagbehandeling. Lees hierover de informatie: Voorbereiding op een (dag)opname in het ziekenhuis

Bloedverdunnende medicijnen en röntgenfoto

  • Wanneer u bloedverdunnende medicijnen gebruikt moet u dit van tevoren melden aan de uroloog. In overleg met de arts die de medicijnen voorschrijft, zult u het gebruik van deze medicijnen een aantal dagen voor de operatie moeten stoppen. Deze medicijnen kunnen bijvoorbeeld zijn: Ascal, Acetosal, Sintrom enzovoort.
  • Vaak wordt er een röntgenfoto van de buik gemaakt om te zien waar de steen precies zit.

Vervoer naar huis

U mag na afloop niet zelf naar huis rijden. Regel daarom vooraf dat iemand u naar huis kan brengen.

Hoe verloopt de behandeling?

De ureteroscopie gebeurt meestal onder algehele narcose, soms onder regionale verdoving (ruggenprik). 

U ligt op de rug met uw benen opgetrokken in de beensteunen. De ureteroscoop wordt via de plasbuis en de blaas tot in de urineleider (ureter) gebracht. Door de ureteroscoop stroomt voortdurend spoelvloeistof, waardoor de ureter wijder wordt. De arts kan het instrument daardoor opschuiven tot op de steen. Soms is het mogelijk de steen met speciale instrumenten (paktangetje of korfje) vast te pakken en in zijn geheel te verwijderen. Het kan zijn dat de steen eerst verkleind moet worden, meestal met laser. Dan worden daarna de kleine deeltjes van de steen verwijderd of kunnen ze vanzelf naar buiten komen.

plaatje van ureteroscoop die via plasbuis en blaas is ingebracht in de urineleider

 

Om de steen goed in beeld te krijgen wordt meestal röntgendoorlichting gebruikt tijdens de operatie en soms wordt er contrastmateriaal in de urineleider gespoten. Na verwijdering van de steen(deeltjes) wordt soms een dun slangetje (JJ, dubbel J) achtergelaten in de urineleider. Hierdoor kan de urine makkelijker afvloeien en het voorkomt kolieken (krampen). Meestal wordt ook een blaaskatheter geplaatst, een dun slangetje vanuit de blaas tot buiten het lichaam.

Om te controleren of alle steendeeltjes zijn verwijderd, wordt vaak na de operatie een röntgenfoto gemaakt.

Naar huis

Wanneer u voldoende hersteld bent mag u het ziekenhuis verlaten. Dit is meestal de dag na de operatie.

Zijn er bijwerkingen of risco's?

  • De ureteroscoop kan niet altijd gemakkelijk in de urineleider worden gebracht. De ureter is soms vernauwd of gekronkeld waardoor de ureteroscoop niet opgeschoven kan worden. Soms wordt de wand van de ureter beschadigd (perforatie = gaatje). Dan wordt de ingreep meestal gestopt, omdat de spoelvloeistof die nodig is om de ureter te verwijden, bij een perforatie buiten de ureter kan komen. Een andere operatie is dan vaak nodig om de steen te verwijderen. De beschadiging aan de urineleider sluit meestal vanzelf, maar soms is een operatie nodig om de urineleider te herstellen of een langdurig JJ-katheter.
  • Wanneer het niet mogelijk is om de steen de eerste keer te verwijderen, kan een tweede operatie nodig zijn.
  • Soms ontstaat na de operatie een urineweginfectie. Om dit te voorkomen krijgt u voor de operatie antibiotica.
  • Soms ontstaat een vernauwing van de plasbuis (bij mannen) omdat de ingreep via de plasbuis gebeurt.
  • Door de moderne technieken en instrumenten is een ureteroscopie een veilige operatie en komen de genoemde complicaties bijna nooit voor.

Herstel thuis

De eerste dagen na de operatie kunt u last hebben van de volgende klachten en verschijnselen:

  • Koliekachtige pijnklachten, zoals u misschien ook al vóór de ingreep heeft gehad. Deze worden nog veroorzaakt door zwelling van het slijmvlies in de urineleider. Dit komt door de behandeling van de urineleider tijdens de operatie. Deze pijn verdwijnt meestal binnen 48 uur. Zo nodig krijgt u een recept voor pijnmedicatie mee naar huis.
  • Lichte temperatuursverhoging tot 38.5 °C. Heeft u een JJ-katheter en blaasontstekingsverschijnselen? Neem dan contact op met afdeling Urologie voor medicatie. Ga dan niet naar de huisarts.
  • Bloed bij de urine. Het is normaal als de eerste week uw urine nog lichtrood gekleurd is.
  • Een branderig gevoel bij het plassen in de eerste week na de operatie.
  • Gruis/steentjes bij de urine.

Leefregels en adviezen

  • Gebruikte u voor de operatie bloedverdunnende middelen? Dan mag u deze alleen weer gaan innemen na goedkeuring van de arts. Voordat u naar huis gaat hoort u wanneer u de antistolling/bloedverdunners weer mag innemen.
  • Voor een goed herstel moet u de eerste weken minstens 2 tot 3 liter vocht per dag drinken. Vooral als uw urine nog wat bloed bevat is dit belangrijk. Zo wordt de blaas op natuurlijke wijze 'gespoeld' en zal de urine weer snel lichter van kleur worden.
  • Probeer de steentjes/gruis op te vangen die u na de operatie nog uitplast. Breng deze mee naar uw controlebezoek aan de uroloog op de polikliniek. De arts bekijkt dan of de steentjes nog onderzocht moeten worden in het laboratorium.

___________________________________________________________________________________________

___________________________________________________________________________________________

___________________________________________________________________________________________

___________________________________________________________________________________________

Heeft u vragen of problemen na ontslag?

Wanneer er een dubbel J wordt achtergelaten (inwendig slangetje tussen de nier en de blaas) kunt u hiervan de volgende klachten ondervinden: pijn in de onderbuik, drang om te moeten plassen, bloed bij de urine. Ook kunt u pijn in de flank voelen tijdens het plassen. Deze klachten lijken op een blaasontsteking, maar verminderen in dit geval niet met antibiotica. Er zijn wel andere medicijnen om deze klachten eventueel te onderdrukken. Neemt u hiervoor, zo nodig, contact op met het ziekenhuis.

 

Wanneer neemt u contact op met het ziekenhuis of uw huisarts?

  • Als u koorts boven de 38.5 °C krijgt.
  • Als u pijnklachten heeft die niet verminderen na het innemen van medicijnen tegen de pijn.
  • Als u helderrood bloed verliest met de urine en dit niet vanzelf vermindert, en langer dan één dag aanhoudt.

Wat doet u bij problemen thuis ?

Krijgt u vóór uw controleafspraak meer pijn of blijft u pijn houden? Of zijn er andere problemen die te maken hebben met de operatie? Dan belt u het ziekenhuis. 

Tijdens kantoortijden belt u naar de polikliniek Urologie, dan kunnen wij u het beste helpen. Het telefoonnummer is (073) 553 60 10. Heeft u een probleem buiten kantooruren dat echt niet kan wachten? Bel dan naar de afdeling Spoedeisende Hulp, (073) 553 27 00.

Bij vragen of problemen ná uw eerste controleafspraak belt u uw huisarts.

Heeft u geen controleafspraak in het ziekenhuis? Dan belt u met het ziekenhuis bij problemen in de eerste 10 dagen na de operatie. Ná 10 dagen belt u met uw  huisarts.