Headerafbeelding
Operatiedossier Operatiekamer 2
Behandeling

Okselklierdissectie (OKD)

Borstkanker kan zich naar de lymfeklieren in de oksel verspreid hebben. Er kan dan voor gekozen worden om deze okselklieren te verwijderen. Dit heet een okselklierdissectie (ook wel okselkliertoilet).

Het onderzoek naar - en de behandeling van - borstafwijkingen bij mannen is ongeveer hetzelfde als bij vrouwen. Vrijwel alle informatie in deze folder is zowel van toepassing op vrouwen als op mannen. Omdat borstafwijkingen en borstkanker vooral voorkomen bij vrouwen is sommige informatie specifiek voor vrouwen.

Hoe verloopt de behandeling?

Code ONC-227
Laatste revisie: 27 september 2023 - 14:10
Hoe verloopt de behandeling?

Okselklierdissectie (OKD)

De lymfeklieren en lymfevaten zijn onderdeel van het afweersysteem van uw lichaam. Afvalstoffen, bacteriën en virussen komen via de lymfevaten in de lymfeklieren terecht en worden daar gefilterd. Lymfeklieren en lymfevaten zitten op veel plaatsen in uw lichaam. Het aantal lymfeklieren in het lichaam verschilt per persoon. In uw oksel zitten 10 tot 20 lymfeklieren. 

lymfeklieren in de oksel

 Het verwijderen van de klieren kan op 2 momenten plaatsvinden:

  • Tegelijkertijd met de operatie aan de borst. Dit gebeurt wanneer er voor de operatie al aangetoond is dat er kwaadaardige cellen in de okselklieren zitten. Ook kunnen er andere medische redenen zijn om alle klieren in de oksel te verwijderen, zonder eerst een schildwachtklierprocedure uit te voeren.
  • Na het onderzoeken van de schildwachtklier. Als uit het microscopisch onderzoek blijkt dat de schildwachtklier kwaadaardige cellen bevat, bespreekt de arts met u of er een OKD uitgevoerd moet worden.

Bekijk ook het filmpje van de Borstkankervereniging Nederland over de okselklierdissectie:

Je kunt deze video niet zien. Wat nu?

Je hebt onze cookies (nog) niet geaccepteerd. Daarom kun je deze en andere video's niet bekijken op onze website. Wil je de video's wel kunnen zien? Klik dan op Accepteer cookies. Meer weten? Lees dan onze cookieverklaring.

 

Preoperatieve Screening en Centraal Apotheek Punt

Het is belangrijk dat u goed en veilig wordt voorbereid op de operatie.

Daarom wordt u enige tijd voor uw opname in het ziekenhuis gebeld door het Centraal Apotheek Punt (CAP) en door de afdeling PreOperatieve Screening (POS)

De medewerker van het CAP controleert met u de medicatie die u (eventueel) gebruikt. De medewerker van de POS stelt u een aantal vragen over uw thuissituatie en over uw gezondheid.

De anesthesist kan het om medische redenen nodig vinden dat u naar de afdeling Preoperatieve Screening in het ziekenhuis komt. Deze afspraak duurt dan ongeveer 1 uur.

Let op! De gesprekken met het CAP en POS zijn belangrijk; uw operatie kan zonder deze gesprekken niet door gaan. 

Op www.jbz.nl/anesthesie leest u meer over de verdoving en bewaking tijdens de operatie. Als u hierover vragen heeft, kunt u deze stellen tijdens het gesprek met de POS-medewerker.

Informatieboekje voorbereiding opname

Van de afdeling Preoperatieve Screening (POS) krijgt u een informatieboekje. Hierin leest u belangrijke informatie die u nodig heeft bij de voorbereiding op uw (dag)opname. U krijgt het boekje als papieren versie en/of als digitale versie in uw MijnJBZ. Lees dit boekje goed door!

Nuchter zijn

Opereren kan alleen als u nuchter bent. ‘Nuchter’ betekent dat uw maag leeg is. Zo wordt voorkomen dat de inhoud van uw maag tijdens de operatie in de luchtpijp en longen terechtkomt. Dit zou tot ernstige complicaties kunnen leiden.

U moet voor een operatie altijd nuchter zijn, ook als u een regionale verdoving (bijvoorbeeld ruggenprik) krijgt. Om te zorgen dat u nuchter bent, houdt u zich aan de volgende regels:

Tot 6 uur voor het tijdstip van opname:

  • U mag normaal eten en drinken.

Vanaf 6 uur voor het tijdstip van opname:

  • U mag niets meer eten (ook geen snoepjes). U mag nog wel kauwgom kauwen, maar u mag de kauwgom niet doorslikken. 
  • U mag nog wel drinken: water, helder appelsap, thee of koffie zonder melk (eventueel met zoetjes of suiker).
  • U mag niet meer drinken: melk(producten), koolzuurhoudende dranken of alcohol.

Vanaf 2 uur voor het tijdstip van opname:

  • U mag niets meer eten en drinken (ook geen snoepjes). U mag nog wel kauwgom kauwen, maar u mag de kauwgom niet doorslikken. Gooi de kauwgom weg als u naar de operatieafdeling gaat.
  • Een slokje water om medicijnen in te nemen - of bij het tandenpoetsen - mag wel.

Na opname op de afdeling: 

  • Na opname kunt u nog tot 300 ml ranja (dat zijn 2 glaasjes) met paracetamol op de afdeling van opname aangeboden krijgen. 

Als u een dag vóór de operatie wordt opgenomen, volgt u de instructies van de verpleegafdeling over het nuchter zijn.  

Niet ontharen

U mag de laatste week voor de operatie uw oksel aan de kant van de operatie niet ontharen. Dit in verband met het risico op infecties na de operatie.

Fysiotherapie

De chirurg bepaalt of u voor de operatie een afspraak krijgt bij een fysiotherapeut van het Jeroen Bosch Ziekenhuis. 

Tijdens de afspraak geeft de fysiotherapeut u voorlichting en advies over de leefregels na de operatie. En de fysiotherapeut legt u ook uit welke oefeningen van belang zijn om de beweeglijkheid van uw arm en schouder bevorderen. De oefeningen staan in het laatste hoofdstuk. 

Hoe verloopt de operatie?

Een OKD is een operatie die onder volledige narcose wordt uitgevoerd. De chirurg maakt een snee van 3 tot 5 centimeter in de oksel en verwijdert via deze opening de lymfklieren. Na de operatie wordt de wond gehecht. De patholoog onderzoekt na de operatie of er tumorcellen aanwezig zijn in de verwijderde okselklieren.

Drains

Om bloed, wond,- en lymfvocht weg te zuigen, worden er tijdens de operatie 1 of soms 2 dunne slangetjes (drains) in het operatiegebied aangebracht. In principe worden de drains op de verpleegafdeling verwijderd voordat u met ontslag gaat. Of dit kan is afhankelijk van de hoeveelheid vocht die nog via de drain wordt afgevoerd.

Risico's

Bij iedere ingreep bestaat er een kans op complicaties. Zo zijn er ook bij okseloperaties de normale risico’s op complicaties. De meest voorkomende complicaties zijn:

  • Direct na een operatie kan er een nabloeding ontstaan. Soms is dan een tweede operatie nodig om de bloeding te verhelpen.
  • Er kan een wondinfectie optreden. Soms is het nodig om de wond een beetje open te maken om de infectie te behandelen, soms is antibiotica alleen voldoende.
  • Na het verwijderen van de okseldrain kan er een ophoping van lymfevocht ontstaan (een seroom). Dit vocht kan met een holle naald worden weggezogen. Dit is meestal niet pijnlijk omdat de omgeving van de wond nog gevoelloos is. Dit aanprikken van de wond kan nog tot enkele weken na het verwijderen van de drain nodig zijn.
  • Zenuwpijn. Bij de operatie worden gevoelszenuwen doorgesneden. Als de uiteinden daarvan dichtbij de oppervlakte van de huid komen, kan er een sterke overgevoeligheid ontstaan. Dit kan het geval zijn in het operatiegebied, maar er kan ook een (meestal uitstralende) pijn in de arm worden ervaren. Na verloop van tijd verdwijnt de scherpe pijn, maar er kunnen gevoelsstoornissen blijven bestaan.
  • Heel soms worden de okselzenuwen beschadigd die verbonden zijn met de spieren van het schouderblad. Het schouderblad kan daardoor iets gaan uitsteken. Dit heet een afstaand schouderblad. Het is geen ernstige complicatie, maar kan wel vervelend zijn. U krijgt dan extra fysiotherapie. Meestal kunt u na deze fysiotherapie wel weer alle bewegingen maken die u voor de operatie kon maken.
  • Een vervelende complicatie is lymfoedeem. Door de operatie aan de oksel kan lymfevocht moeilijker vanuit de arm en/of de hand worden afgevoerd. Het vocht hoopt zich op, waardoor de arm of hand aan de geopereerde kant dikker wordt. Soms is de zwelling nauwelijks te zien, soms wordt de arm dik. Vaak voelt de arm strak, zwaar, gespannen en moe aan. U kunt ook tintelingen in uw arm en hand voelen. Lymfoedeem kan meteen na de operatie optreden, maar ook pas na jaren. Het is belangrijk om meteen aan de bel te trekken als last krijgt van lymfoedeem. Hoe eerder het ontdekt wordt, des te beter is het te behandelen. Lees ook de informatie Lymfoedeem voorkomen.

Weer naar huis

Als dat nodig is kunt u de eerste dagen na ontslag thuiszorg krijgen. Een medewerker van de thuiszorg komt dan bij u thuis om te kijken hoe het met u en met de wond gaat.

Leefregels

  • Als u rookt adviseren wij u om hiermee te stoppen. Roken vergroot namelijk de kans op stoornissen in de wondgenezing en infecties. Meer informatie over stoppen met roken leest u op de website www.rookvrijookjij.nl.
  • 2 dagen na de operatie mag u weer douchen. (Let op. Als u nog een drain heeft, mag u nog niet douchen). De 1e week na de operatie mag u niet baden of zwemmen.
  • De steristrips die over de wond geplakt zijn mag u laten zitten tot aan de 1e controle afspraak op de polikliniek. Daar worden ze verwijderd. De steristrips mogen nat worden.
  • Verder worden er oplosbare hechtingen gebruikt.
  • Wij raden u aan de wond elke dag te controleren op roodheid, zwelling, wondvocht en warmte.
  • Het is belangrijk dat u thuis de oefeningen blijft doen uit de folder 'Borstoperatie, oefeningen en adviezen'.
  • Wij adviseren u de 1e week na de operatie niet zelf auto te rijden. Mogelijk heeft uw verzekering regels die gaan over het wel of niet verzekerd zijn na een operatie. U kunt dit navragen bij uw verzekeringsmaatschappij.

Als u nog vragen heeft, dan kunt u bellen naar uw verpleegkundig specialist van het Borstcentrum, telefoonnummer (073) 553 82 25. 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Voor een operatie aan de borst en/of in de oksel leert de fysiotherapeut welke oefeningen van belang zijn om de beweeglijkheid van uw arm en schouder te bevorderen. Bewegen met de arm aan de geopereerde kant is belangrijk voor de beweeglijkheid van het schoudergewricht en de doorbloeding van de arm. U moet de oefeningen thuis zelf doen. De oefeningen helpen om op langere termijn de schouder weer normaal te kunnen bewegen. Meestal heeft u thuis geen begeleiding van een fysiotherapie meer nodig. Behalve als er problemen ontstaan op het gebied van beweeglijkheid of problemen met de arm aan de geopereerde kant.

Richtlijnen bij de oefeningen

  • U mag de eerste week de arm aan de geopereerde zijde niet boven de 90° heffen. (90° is een haakse hoek ten opzichte van uw lichaam). Dit geldt zowel voor voorwaarts als voor zijwaarts heffen. Na 1 week mag u langzaam hoger gaan heffen tot zover u kunt.
  • Vooral tijdens de eerste week is het belangrijk dat u de oefeningen rustig uitvoert. Beweeg tot net voor de pijngrens! Een beetje rekpijn is toegestaan.
  • Herhaal een oefening 5 tot 10 keer. Doe de oefeningen 3 keer per dag.
  • Na een week mag u een oefening 10 keer gaan herhalen; dit meerdere keren per dag.
  • Een goede houding van het bovenlichaam en de schouders is belangrijk voor het goed uitvoeren van de oefeningen. Zit of sta dus goed rechtop.
  • Let op dat u bij het oefenen niet met de armen gaat veren. 
  • Het is belangrijk dat u tijdens het oefenen goed blijft doorademen.

Oefeningen de eerste week na de operatie

schouders rollen naar voor en achteren
Oefening 1
  • Maak een vuist en open de hand weer.
  • Strek en buig de elleboog.
  • Beweeg de schouders rollend naar voor en naar achter.
De nek strekken en hoofd naar links en rechts bewegen
Oefening 2
  • Strek de nek en beweeg het hoofd in 4 tellen rustig naar rechts.
  • En daarna in 4 tellen naar links. 
Zittend de arm omhoog bewegen
Oefening 3
  • Vouw de handen in de bidgreep.
  • Beweeg nu beide armen voorwaarts omhoog tot 90°. Houd hierbij de ellebogen gestrekt.
Plaatje armen in nek ellebogen bewegen
Oefening 4
  • Leg de handen achter in de nek en strengel de vingers in elkaar.
  • Houd de ellebogen eerst ontspannen naar voren en breng ze daarna rustig zo ver mogelijk naar achteren. 
  • Lukt het niet om de handen in de nek te leggen, dan kunt u ze op de wangen leggen. 
armen achter de rug naar achteren strekken
Oefening 5
  • Houd de armen achter de rug vast.
  • Beweeg dan de armen iets gestrekt van de rug af. 
Handen op de rug
Oefening 6
  • Leg beide handen op de rug.
  • Beweeg dan beide handen via de rug naar boven, richting de schouderbladen. 

 

 

 

 

 

 

Oefeningen vanaf 1 week na de operatie

U mag de bovenstaande oefeningen blijven doen. U mag dit uitbreiden naar 10 keer per oefening, dit meerdere keren per dag. U mag geen pijn krijgen tijdens het oefenen. De wond is nog aan het herstellen.

Vermijd zware belasting. U mag lichte activiteiten doen binnen de grenzen van de beweeglijkheid van de schouder, maar deze mogen geen pijn doen.

armen voorwaarts omhoog bewegen
Oefening 7
  • Vouw de handen in de bidgreep. 
  • Beweeg nu beide armen voorwaarts omhoog.
  • U mag deze beweging langzaam gaan uitbreiden naar maximaal. 

Oefeningen vanaf 6 weken na de operatie

Blijf oefenen tot de volledige beweeglijkheid weer normaal is. U mag in principe alles doen met de schouder en geleidelijk uw sportactiviteiten rustig hervatten.

op rug liggen en arm langs hoofd bewegen
Oefening 8
  • Lig op de rug en breng de arm langs het hoofd omhoog.
  • Dit kan zo nodig met hulp van de andere arm.
  • Houd de rek minimaal 10 seconden aan.
  • Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.
Plaatje oefening arm boven hoofd tegen muur bewegen
Oefening 9
  • Sta en beweeg de arm zijwaarts langs de muur omhoog.
  • Houd de rek minimaal 10 seconden aan.
  • Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.
Plaatje oefening arm voorwaarts tegen de muur omhoog bewegen
Oefening 10
  • Sta en beweeg de arm voorwaarts tegen de muur omhoog.
  • Houd de rek minimaal 10 seconden aan.
  • Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.
Plaatje oefening hand tegen deurstijl en romp naar voren bewegen
Oefening 11
  • Sta in de deuropening en zet uw hand tegen de deurstijl. Beweeg dan de romp naar voren.
  • Houd de rek minimaal 10 seconden aan.
  • Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.