Headerafbeelding
werken en leren verpleegkundige 2
Behandeling

Liesslagader operatie (trombo-endarteriëctomie, TEA)

Een trombo-endarteriëctomie (TEA) is een operatieve behandeling van een vernauwing in de liesslagader.

De vaatchirurg maakt een opening in de liesslagader en schraapt de binnenzijde van de liesslagader schoon.

Lees meer

Wel of niet opereren?
Door een vernauwing in een liesslagader kunnen verschijnselen optreden van etalagebenen (claudicatio intermittens). Deze klachten ontstaan vaak pas als het bloedvat voor meer dan de helft vernauwd is. De bloedstroom neemt dan aanzienlijk af.

Een operatie kan nodig zijn als de klachten zo ernstig zijn dat er sprake is van ‘kritieke ischaemie’. Dit is het geval als u met name ‘s nachts pijn heeft of als wonden niet willen genezen. Soms worden deze afwijkingen verholpen met een dotterbehandeling. Helaas is een dotterbehandeling niet voor iedereen mogelijk of de beste behandeling. Dan kan een trombo-endarteriëctomie zinvol zijn.

Maar opereren is meer risicovol dan dotteren. Om de risico’s zo veel mogelijk te beperken wordt u enige tijd voor de operatie onderzocht op de afdeling Preoperatieve Screening (POS). Het kan nodig zijn dat u ook nog onderzocht wordt door een internist, cardioloog en/of longarts. Om de operatie te ondergaan moet u in goede conditie zijn.

Om een beslissing te kunnen nemen over wel/niet opereren is het van groot belang dat alle vaatafwijkingen duidelijk in kaart worden gebracht. Dit wordt gedaan met behulp van een zogenaamd doppler- en/of duplex-onderzoek en een CT-scan of MRI van de bloedvaten.

Hoe verloopt de behandeling?

Hier vindt u alle belangrijke informatie over uw behandeling

Praktische tips

Wat neemt u mee bij een (dag)opname?

Als u voor een opname of dagopname naar het ziekenhuis komt, neem dan uw geldig identiteitsbewijs mee. Maar bijvoorbeeld ook de medicijnen die u thuis gebruikt. Hier vindt u een overzicht van alles wat u mee moet nemen.

Bekijk uw zorgverzekering

Het is uw eigen verantwoordelijkheid na te gaan of u verzekerd bent voor de zorg waarvoor u naar het Jeroen Bosch Ziekenhuis komt. Bekijk van tevoren uw polisvoorwaarden of informeer bij uw zorgverzekeraar.

Opleidingsziekenhuis

In het JBZ leiden we verpleegkundigen, coassis­tenten, artsen en andere zorgverleners op. Dit betekent dat bij uw afspraak soms meerdere zorgverleners aanwezig zijn. En het kan zijn dat u onderzocht of behan­deld wordt door een zorgverlener in opleiding. Deze zorgverlener werkt altijd onder supervisie van een gekwali­ficeerde zorgverlener.

MijnJBZ

Via MijnJBZ kunt u zelf een deel van uw persoonlijke en medische gegevens inzien die in het JBZ over u bekend zijn. Zie ook: Wat kan ik in MijnJBZ zien? 

Betrokken afdelingen

Code CHI-077
Laatste revisie: 3 april 2024 - 14:36
Hoe verloopt de behandeling?

Liesslagader operatie (trombo-endarteriëctomie, TEA)

Preoperatieve Screening en Centraal Apotheek Punt

Het is belangrijk dat u goed en veilig wordt voorbereid op de operatie.

Daarom wordt u enige tijd voor uw opname in het ziekenhuis gebeld door het Centraal Apotheek Punt (CAP) en door de afdeling PreOperatieve Screening (POS)

De medewerker van het CAP controleert met u de medicatie die u (eventueel) gebruikt. De medewerker van de POS stelt u een aantal vragen over uw thuissituatie en over uw gezondheid.

De anesthesist kan het om medische redenen nodig vinden dat u naar de afdeling Preoperatieve Screening in het ziekenhuis komt. Deze afspraak duurt dan ongeveer 1 uur.

Let op! De gesprekken met het CAP en POS zijn belangrijk; uw operatie kan zonder deze gesprekken niet door gaan. 

Op www.jbz.nl/anesthesie leest u meer over de verdoving en bewaking tijdens de operatie. Als u hierover vragen heeft, kunt u deze stellen tijdens het gesprek met de POS-medewerker.

Informatieboekje voorbereiding opname

Van de afdeling Preoperatieve Screening (POS) krijgt u een informatieboekje. Hierin leest u belangrijke informatie die u nodig heeft bij de voorbereiding op uw (dag)opname. U krijgt het boekje als papieren versie en/of als digitale versie in uw MijnJBZ. Lees dit boekje goed door!

Nuchter zijn

Het is belangrijk dat uw maag voor de operatie leeg is. Dit noemen we nuchter. Dit voorkomt dat de inhoud van uw maag tijdens de operatie in de luchtpijp en longen terechtkomt. Als dit gebeurt, kan dat ernstige complicaties geven. 

Bent u niet nuchter? Dan kan de operatie niet door gaan.

U moet voor een operatie altijd nuchter zijn, ook als u een regionale verdoving (bijvoorbeeld ruggenprik) krijgt. Om te zorgen dat u nuchter bent, houdt u zich aan de volgende regels:

Tot 6 uur voor het tijdstip van opname:

  • U mag normaal eten en drinken.

Vanaf 6 uur voor het tijdstip van opname:

  • U mag niets meer eten (ook geen snoepjes). U mag nog wel kauwgom kauwen, maar u mag de kauwgom niet doorslikken. 
  • U mag nog wel drinken: water, helder appelsap, thee of koffie zonder melk (eventueel met zoetjes of suiker).
  • U mag niet meer drinken: melk(producten), koolzuurhoudende dranken of alcohol.

Vanaf 2 uur voor het tijdstip van opname:

  • U mag niets meer eten en drinken (ook geen snoepjes). U mag nog wel kauwgom kauwen, maar u mag de kauwgom niet doorslikken. Gooi de kauwgom weg als u naar de operatieafdeling gaat.
  • Een slokje water om medicijnen in te nemen - of bij het tandenpoetsen - mag wel.

Na opname op de afdeling: 

  • Na opname kunt u nog tot 300 ml ranja (dat zijn 2 glaasjes) met paracetamol op de afdeling van opname aangeboden krijgen. 

Als u een dag vóór de operatie wordt opgenomen, volgt u de instructies van de verpleegafdeling over het nuchter zijn.  

Kunt u op de vastgestelde opnamedatum niet komen?

Belt u dan zo snel mogelijk, maar uiterlijk een werkdag voor de opnamedatum, naar de polikliniek. Bent u de dagen voor de operatie erg verkouden? Moet u veel hoesten of heeft u koorts? Neemt u dan minimaal 24 uur van tevoren contact op met de polikliniek.

Waar meldt u zich?

U meldt zich bij de Infobalie van het ziekenhuis. De medewerker van de Infobalie wijst u verder naar de juiste afdeling.

Wat gebeurt er tijdens de behandeling?

De operatie wordt meestal uitgevoerd onder algehele anesthesie (narcose). De vaatchirurg maakt bij deze operatie een snede in de lies, om bij de liesslagader te komen. De liesslagader wordt afgeklemd en de vaatchirurg maakt een opening in de slagader in de lengterichting. Dan verwijdert de chirurg de verstopping/vernauwing. Tenslotte sluit de vaatchirurg het bloedvat meestal met een patch. Een patch is een lapje kunststof of een stukje van uw eigen ader. Als de vaatchirurg een eigen ader gebruikt, is soms een extra snede op de enkel nodig om daar een stukje ader weg te nemen.

Wat zijn de risico's?

Bij iedere ingreep is er kans op complicaties. Zo zijn ook bij deze operaties de normale risico’s op complicaties van een operatie aanwezig, zoals wondinfectie en bloeding. Minder vaak komen trombose en longembolie, longontsteking of blaasontsteking voor. In het operatiegebied kan een veranderd gevoel optreden. Ook een hartinfarct kan als complicatie optreden.

Er zijn ook complicaties die specifiek voorkomen bij operaties aan een slagader: een nabloeding of een afsluiting van de vaatprothese of de gebruikte ader (trombose). Als een van deze complicaties optreedt, moet soms opnieuw geopereerd worden. Het komt voor dat door complicaties uiteindelijk een amputatie van het been nodig is. Of u besluit in overleg met uw arts het natuurlijke beloop af te wachten, waarbij u vroeger of later een bloedvergiftiging krijgt vanuit het been, waar u aan zult komen te overlijden. De kans op deze complicaties hangt onder andere af van uw leeftijd en gezondheidstoestand.

Wat gebeurt er na de behandeling?

Op de uitslaapkamer en terug op de verpleegafdeling worden regelmatig een aantal controles gedaan. Er wordt gekeken naar:

  • het kloppen van de slagaders op de voet;
  • lekkage van de wond;
  • uw bloeddruk, hartslag en temperatuur.

Het is belangrijk dat u na de operatie zo snel mogelijk weer gaat lopen.

Na de operatie blijft u medicijnen gebruiken om het bloed dunner te houden. Het herstel kan langer duren dan u denkt. Een gezonde levenswijze is heel belangrijk. Dus: absoluut niet roken, veel lichaamsbeweging en geen overgewicht. Suikerziekte, een te hoge bloeddruk of een te hoog cholesterolgehalte moeten goed onder controle zijn.

Wat doet u bij problemen thuis ?

Krijgt u vóór uw controleafspraak meer pijn of blijft u pijn houden? Of zijn er andere problemen die te maken hebben met de operatie? Dan belt u het ziekenhuis. Tijdens kantoortijden belt u naar de polikliniek Chirurgie, telefoonnummer: (073) 553 60 05. In dringende gevallen buiten kantoortijden belt u verpleegafdeling Chirurgie, telefoonnummer (073) 553 20 23.

Bij vragen of problemen ná uw eerste controleafspraak belt u uw huisarts.

Heeft u geen controleafspraak in het ziekenhuis? Dan belt u met het ziekenhuis bij problemen in de eerste 10 dagen na de operatie. Ná 10 dagen belt u met uw huisarts.

U komt regelmatig terug naar het ziekenhuis voor controle. Op het Vaatlaboratorium wordt onderzocht of de liesslagader nog goed werkt. Eventuele nieuwe vernauwingen worden zo vroeg opgespoord en kunnen snel worden behandeld.

Registratie van uw implantaat

Het JBZ registreert de gegevens van een ingebracht implantaat in uw dossier. U kunt deze gegevens zien in uw MijnJBZ onder het kopje ‘Dossier’ en vervolgens ‘Implantaten’. De informatie over uw implantaat staat ook in uw ontslagbrief. Staat een implantaat niet in uw MijnJBZ? Neem dan contact op met de polikliniek waar u onder behandeling bent.

Het JBZ levert de informatie over ingebrachte implantaten aan bij het Landelijke Implantaten Register (LIR). Dit is wettelijk verplicht. In het register staan alleen gegevens over het implantaat en niet uw patiëntgegevens. Mocht er een probleem optreden met een bepaald implantaat, dan neemt het LIR contact op met de zorgverleners die de implantaatgegevens hebben aangeleverd, zodat zij hun patiënten kunnen informeren.

Heeft u nog vragen?

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen, dan kunt u bellen naar de polikliniek Chirurgie, telefoonnummer: (073) 553 60 05.