Bij cystenieren ontstaan er holten met vocht (cysten) in de nieren die het nierweefsel verdringen. Hierdoor kunnen de nieren niet meer goed functioneren of zelfs stoppen met werken.
Cystenieren kunnen bij de geboorte al aanwezig zijn, maar ze kunnen ook ontstaan op volwassen leeftijd. Meestal is er sprake van een erfelijke aandoening en zijn meerdere familieleden aangedaan. Soms is er een ‘nieuwe’ verandering (mutatie) in het genetische materiaal waardoor iemand cystenieren krijgt.
Lees meer
Wat zijn de klachten?
Cystenieren veroorzaken de volgende klachten:
hoge bloeddruk;
pijn in rug en buik;
nierstenen;
eiwitten in de urine;
bruinige kleur van urine.
Onderzoeken
De arts kan aan cystenieren denken op grond van de verschijnselen die u heeft.
Met behulp van een echo kan de diagnose bevestigd worden. Daarna volgt nog onderzoek van chromosomen, urine en bloed, om vast te stellen van welke vorm van cystenieren sprake is.
Bij bloedonderzoek nemen we een of meer buisjes bloed af met een hol naaldje. Dit bloed wordt vervolgens in het laboratorium onderzocht door een analist.
Dit kan door het uitvoeren van een operatie of het laten weglopen van vocht middels een drain (slangetje). De bloeddruk kan omlaag gebracht worden met een dieet. Als de nieren niet meer werken, is nierdialyse of niertransplantatie een mogelijkheid.
