Headerafbeelding
Afspraak met verpleegkundig specialist Longgeneeskunde
Behandeling

Behandeling bij een verergering van COPD

Wanneer uw COPD heeft en uw klachten verergeren, kan het zijn dat u wordt opgenomen in het ziekenhuis.

Meestal wordt u ongeveer 5 dagen opgenomen. Tijdens deze dagen krijgt u onderzoeken, gesprekken en begeleiding van zorgverleners.

Hoe verloopt de behandeling?

Alle belangrijke informatie op een rij

Praktische tips

Wat neemt u mee bij een (dag)opname?

Als u voor een opname of dagopname naar het ziekenhuis komt, neem dan uw geldig identiteitsbewijs mee. Maar bijvoorbeeld ook de medicijnen die u thuis gebruikt. Hier vindt u een overzicht van alles wat u mee moet nemen.

Opleidingsziekenhuis

In het JBZ leiden we verpleegkundigen, coassis­tenten, artsen en andere zorgverleners op. Dit betekent dat bij uw afspraak soms meerdere zorgverleners aanwezig zijn. En het kan zijn dat u onderzocht of behan­deld wordt door een zorgverlener in opleiding. Deze zorgverlener werkt altijd onder supervisie van een gekwali­ficeerde zorgverlener.

MijnJBZ

Via MijnJBZ kunt u zelf een deel van uw persoonlijke en medische gegevens inzien die in het JBZ over u bekend zijn. Zie ook: Wat kan ik in MijnJBZ zien? 

Code LON-043
Laatste revisie: 4 december 2023 - 15:13
Hoe verloopt de behandeling?

Behandeling bij een verergering van COPD

  • Op de 1e dag krijgt u vooral veel onderzoeken, zoals: bloedonderzoek, sputumkweek (onderzoek van het slijm) en een longfoto. Soms wordt er een hartfilmpje (ECG) gemaakt.
  • U start met het medicijn Prednisolon. Dit krijgt u 1 keer op de Spoed Eisende Hulp via het infuus. Daarna krijg u nog 1 week Prednisolon tabletten. Heeft u verder geen medicijnen nodig via het infuus, dan verwijdert de verpleegkundige het infuus-naaldje.
  • De verpleegkundige geeft u informatie over uw ziekte. Tijdens uw opname kunt u natuurlijk uw vragen stellen aan de verpleegkundigen. Verder kan de verpleegkundige ook een afspraak maken met de arts, voor u en uw naaste/familie. Deze afspraak is op een van de volgende dagen, meestal in de middag. De arts bepaalt of er extra onderzoek nodig is.
  • U blijft uw eigen puffers gebruiken. Het is daarom belangrijk dat u of uw naaste deze meeneemt naar het ziekenhuis. Op de verpleegafdeling kijkt een verpleegkundige de eerste dag met u mee hoe u de puffers gebruikt. Zo nodig krijgt u extra uitleg over het puffen. Als het nodig is start u met vernevelen.

Opnamegesprek

De verpleegkundige stelt u een aantal vragen, bijvoorbeeld over uw benauwdheidsklachten en uw thuissituatie. Ook vult zij samen met u een korte vragenlijst in. Deze vragen gaan over uw gezondheidstoestand. Iedere dag controleert de verpleegkundige uw temperatuur, hartslag, bloeddruk en zuurstofgehalte. De verpleegkundige schrijft dagelijks een rapport over de bevindingen.

Fysiotherapie en andere zorgverleners

Bij opname schakelt de verpleegkundige de fysiotherapeut in, om advies te vragen over uw ademhaling en het ophoesten. De fysiotherapeut komt waarschijnlijk op de tweede dag bij u aan bed en spreekt met u af wanneer hij/zij weer komt.

Afhankelijk van uw situatie kan het zijn dat het ook andere ondersteunende zorgverleners bij u langs komen, zoals een diëtist, ergotherapeut, logopedist, psycholoog, maatschappelijk werk of geestelijk verzorger. Als dit voor u nodig is bespreekt de arts of verpleegkundige dit met u. Zelf mag u hier ook om vragen.

Controle bloedsuiker

De verpleegkundige meet uw bloedsuiker. De reden hiervoor is dat het gebruik van Prednison uw bloedsuikerspiegel kan verhogen. Ook kunnen we zo ouderdomsdiabetes eerder opsporen. De controles worden volgens afspraak van de arts uitgevoerd.

Hulp thuis

De verpleegkundige bespreekt met u of het nodig is om hulp voor u te regelen als u weer naar huis gaat. Hoe vindt u dat het thuis gaat? Heeft u vertrouwen in de thuissituatie?

COPD longaanval revalidatieketen

Wordt u regelmatig opnieuw opgenomen? Dan kan het soms nodig zijn dat u na opname gaat revalideren. De COPD longaanval revalidatieketen kan voor een sneller herstel zorgen. Daarvoor is geen medische maar wel deskundige behandeling nodig is. Hiervoor wordt u tijdelijk opgenomen in een verpleeghuis. Als dit nodig is schakelt de verpleegkundige hiervoor het maatschappelijk werk in.

De arts bekijkt tijdens uw opname of u thuis nog zuurstof nodig heeft. De verpleegkundige regelt dit dan voor u.

Naar huis

De dag voordat u met ontslag gaat maakt de arts de papieren klaar. Deze bestaan uit:

  • recepten voor de medicijnen die u gebruikt;
  • de controleafspraak bij de longarts;
  • zo nodig een overdracht voor de thuiszorgorganisatie of verpleeghuis;
  • zo nodig een afspraak voor nazorg bij de longverpleegkundige;
  • gebruiksaanwijzing inhalaties van de Long Alliantie Nederland.

Na uw ontslag uit het ziekenhuis heeft u tijd nodig om te herstellen. Probeert u zich te houden aan de adviezen die hieronder genoemd staan. Hierdoor kunt u het risico op een nieuwe opname verkleinen.

Bewegen

  • Blijf in beweging.
  • Beweeg minstens 3 keer per week. Nog beter is het om dit elke dag 30 minuten te doen. U kunt gaan wandelen, fietsen, zwemmen enzovoort.
  • Bij slecht weer kunt u trainen op een hometrainer.
  • Als het mogelijk is, ga dan door met de sport die u al doet.
  • Neem op vaste tijden uw rust.
  • Verdeel uw dagelijkse activiteiten goed over de dag, zoals wassen en aankleden.
  • Doe boodschappen en huishoudelijke klussen in de middag.
  • U kunt eventueel ook onder begeleiding van een fysiotherapeut bij u in de buurt bewegen.
  • Mogelijk komt u in aanmerking voor longrevalidatie. Bespreek dit met uw longarts.

Voedingstips

Om kortademigheid te voorkomen

  • Gebruik het ontbijt vóór het wassen/douchen.
  • Maak het ontbijt de avond van te voren klaar.
  • Zorg dat u uitgerust aan de maaltijd begint.
  • Gebruik uw medicijnen op de juiste manier en op het juiste tijdstip.
  • Gebruikt u zuurstof? Gebruik dit dan ook tijdens de maaltijden.
  • Zorg voor de juiste lichaamshouding tijdens het eten. Als het nodig is, maak dan tijdens het eten gebruik van de ademhalingstechnieken die u tijdens uw opname geleerd heeft.
  • Eet langzaam en rustig.

Om slijmvorming te voorkomen

Sommige voedingsmiddelen geven een plakkerig, slijmerig gevoel in de mond en keel. Dit is niet hetzelfde slijm dat in de luchtwegen wordt gevormd. Dit is dus niet hetzelfde slijm dat u ophoest!

  • Heeft u een voedingsmiddel gebruikt, dat slijm geeft? Spoel dan daarna uw mond.
  • Drink iets bij elke maaltijd. Als u niet genoeg drinkt, wordt het slijm taaier.
  • Slijmoplossende voedingsmiddelen zijn kamillethee, rode wijn (drink met mate) en ananassap.
  • Het slijmerige speeksel dat u van melkproducten krijgt, verdwijnt door daarna een slokje water, vruchtensap of frisdrank te nemen.
  • Gebruik zure melkproducten, zoals karnemelk, yoghurt, zure room en kwark. Deze veroorzaken minder slijmvorming in uw mond en keel dan zoete melkproducten, zoals melk, vla en ijs.
  • Van koude melkproducten krijgt u een minder slijmerig gevoel in uw mond en keel, dan melkproducten die op kamertemperatuur zijn.
  • Laat melkproducten niet weg uit uw voeding. De eiwitten die hierin zitten, zijn belangrijke bouwstoffen voor uw spieren!

Bij een droge mond

  • Kauw uw eten goed en neem de tijd.
  • Drink iets bij iedere hap vast voedsel.
  • Gebruik jus of saus bij de maaltijd.
  • Gebruik smeerbaar beleg op brood.
  • Zorg dat u altijd iets te drinken bij de hand heeft.
  • Zuig op een zuurtje, kauwgom of pepermunt.

Medicijnen innemen en het gebruik van puffers

Luchtwegverwijders en ontstekingsremmers (puffers) zijn de belangrijkste medicijnen bij de behandeling van COPD. Neem uw puffer(s) en andere medicijnen die u gebruikt elke dag in, zoals uw arts heeft voorgeschreven. Ook als u geen klachten meer heeft. Doe dit altijd op de zelfde tijdstippen. Heeft u vragen over het gebruik van uw puffers, stel deze dan aan de verpleegkundige

Luchtwegverwijders

Luchtwegverwijders zorgen ervoor dat de spiertjes rondom de luchtwegen verslappen. Daardoor verwijden de luchtwegen bijna direct en vermindert de kortademigheid.

Ontstekingsremmers

Ontstekingsremmers bestrijden de ontsteking in de luchtwegen, waardoor de luchtwegen beschermd worden tegen prikkels

Puffers

  • Gebruik uw ‘zo nodig’ puffer bij benauwdheidsaanvallen.
  • Controleer uw puffer(s) regelmatig op houdbaarheid en bestel op tijd bij.
  • Begin altijd met de luchtwegverwijders en wacht daarna tien minuten, voordat u de volgende puffer gebruikt.
  • Spoel na het gebruik van puffer(s) altijd uw mond.
  • Gebruik uw puffer(s) voordat u gaat eten. Resten van medicijnen die nog op het wangslijmvlies achterblijven, worden dan verwijderd door het voedsel.
  • Maak uw puffer(s) na gebruik schoon.

Hoe maakt u de voorzetkamer schoon?

  • Maak 1 keer per week de voorzetkamer schoon.
  • Laat de onderdelen 15 minuten weken in een sopje van lauw water en afwasmiddel.
  • Spoel de voorzetkamer af, droog deze niet af maar laat de voorzetkamer aan de lucht drogen. Dit is belangrijk omdat anders het medicijn niet in uw longen terecht komt, maar neer slaat op de zijkanten van de voorzetkamer.
  • Als de onderdelen goed droog zijn, zet u de voorzetkamer weer in elkaar. Let hierbij op dat het streepje op het achterstuk aan de kant van flow-vu inhalatie-indicator zit.

Griepprik

Het is belangrijk dat u elk jaar de griepprik haalt. Deze beschermt u tegen het gewone griepvirus. U kunt alsnog de griep krijgen door andere virussen. Let daarom goed op tekens van een opkomende griep of verkoudheid.

Stoppen met roken

Het is nooit te laat om te stoppen met roken! Stoppen met roken lukt beter met hulp en ondersteuning. U heeft dan meer kans op succes. Er zijn verschillende vormen van ondersteuning en begeleiding. Als u begeleiding wilt, vraag dan uw huisarts of longarts om hulp.

Het Jeroen Bosch Ziekenhuis biedt in samenwerking met Sinefuma ‘stoppen met roken’ cursussen aan. Voor meer informatie hiervoor kunt u terecht bij de gespecialiseerd longverpleegkundige. Meer informatie kunt ook vinden op de website www.rookvrijookjij.nl of u kunt bellen naar (076) 88 951 95.

Bij een longaanval verergeren uw klachten. Mogelijke klachten kunnen zijn:

  • duidelijk meer hoesten dan normaal;
  • duidelijk meer en taaier slijm dan normaal en mogelijk groen sputum;
  • duidelijk meer benauwdheid dan normaal;
  • koorts.

Bij bovenstaande klachten moet u contact opnemen met uw huisarts. Uw huisarts of plaatsvervanger kan dag en nacht overleggen met de dienstdoende (assistent) longarts, als u zo ziek bent dat een opname nodig is.

Na ontslag komt u op controle bij uw longarts. U krijgt hiervoor een afspraak mee. De longverpleegkundige belt u ongeveer 1 week na uw ontslag om met u te bespreken hoe het herstel verloopt. Zo nodig wordt dan een afspraak gepland.

Als u nog vragen heeft kunt u bellen naar de polikliniek Longgeneeskunde of de longverpleegkundige, telefoonnummer (073) 553 24 63.