Bij baarmoederhalskanker ontstaan vaak weinig symptomen. De klachten die kunnen voorkomen zijn daarnaast niet specifiek voor baarmoederhalskanker, zoals onregelmatig bloedverlies, bloedverlies na vrijen en buikpijn.
Kanker is een ingrijpende ziekte. Alles waar u mee te maken krijgt voor, tijdens of na de behandeling hebben we voor u verzameld op onze pagina 'Kanker'.
Het bevolkingsonderzoek bestaat uit het laten maken van een uitstrijkje. Als er afwijkende cellen in het uitstrijkje worden gevonden, onderzoekt de gynaecoloog u uitgebreider. De gynaecoloog doet een gynaecologisch onderzoek en een kolposcopie.
Heeft u baarmoederhalskanker? Dan is vaak aanvullend onderzoek nodig. Bijvoorbeeld een longfoto, aanvullend gynaecologisch onderzoek, CT-scan, PET-scan en/of MRI-scan. Hiermee kan de arts zien hoe ver de tumor zich heeft uitgebreid en of er uitzaaiingen zijn.
Met behulp van het MRI-onderzoek kunnen pezen, spieren, hersenweefsel, kraakbeen, tussenwervelschijven, organen of bloedvaten zichtbaar worden gemaakt.
Behandelingen
Als baarmoederhalskanker op tijd wordt ontdekt, kunnen we het goed behandelen.
Is er besloten dat u een operatie krijgt, dan verwijzen wij u, volgens landelijke afspraken, naar één van de centrumlocaties van ons oncologisch samenwerkingsverband. Vanuit het verwijzen we u naar het Catharina Ziekenhuis Eindhoven of het Twee Stedenziekenhuis Tilburg.
Bij een conisatie snijdt de gynaecoloog met een mesje een kegelvormig stuk uit de baarmoederhals weg. Dat stuk heeft de vorm van een kegel of ‘conus’, vandaar de naam conisatie.
