Goede zorg
In het JBZ werken ruim 4.000 mensen continu aan de kwaliteit en veiligheid van uw zorg.
Translate instructions
For translating the text, please follow this instruction:
1. Select the text you want to translate.
2. Choose ‘Vertalen’.
3. Select the language you prefer.
4. You can read and/or listen to the translated text (by Google).
Wij willen uitstekende zorg leveren. Het werken aan kwaliteit en veilige zorg is een zaak van álle medewerkers van het JBZ. Op deze manier helpen wij om uw gezondheidswelzijn te verhogen. Ook willen wij u het vertrouwen geven dat u bij ons in veilige handen bent. U kunt rekenen op onze topklinische zorg. Daarbij vragen wij u wat u zelf belangrijk vindt. Ons uitgangspunt hierbij is hoe u uw gezondheid dagelijks beleeft. Want wat voor ons kwaliteit is, hoeft voor u niet hetzelfde te betekenen.
Om de zorg zo veilig mogelijk te maken, hebben we werkafspraken gemaakt. Deze werkafspraken worden door alle zorgverleners uitgevoerd. Wij geven u graag uitleg hoe en waarom wij bepaalde handelingen uitvoeren. Maar ook wat u zelf kunt doen om de zorg goed en veilig te maken. U kunt natuurlijk uw eigen zorgverlener om meer uitleg vragen waarom bepaalde handelingen zo worden uitgevoerd.
Uw bijdrage aan een beter verblijf
Alle medewerkers van het JBZ zetten zich voortdurend in om de zorg voor u zo goed en veilig mogelijk te laten verlopen. U kunt ons hierbij helpen. Het JBZ ondersteunt en stimuleert u en uw naasten om samen met ons te zorgen voor goede zorg. Dit is wat u kunt doen:
- Stel vragen en geef aan wat u belangrijk vindt. Bereidt u goed voor op uw afspraak. Hier kunt u meer informatie over vinden: Voorbereiden op uw afspraak.
- Ga in gesprek met uw behandelaar en bespreek wat u wel en ook niet wilt.
- Bekijk uw persoonlijke en medische gegevens zoals die bekend zijn in het JBZ via MijnJBZ.
- Laat uw behandelaar weten wie samen met u beslissingen mag nemen over de zorg voor u, bijvoorbeeld uw partner of (één van) uw kinderen.
- Laat uw behandelaar weten wie informatie over uw zorg mogen ontvangen.
- Geef aan hoe u door het ziekenhuis benaderd wilt worden. Wilt u informatie via de post krijgen of liever digitaal? Als u het ons laat weten dan houden we hier zoveel mogelijk rekening mee.
Deze onderwerpen helpen u op weg:
De juiste zorg voor de juiste patiënt
Wij doen er alles aan om ervoor te zorgen dat u de zorg of behandeling krijgt die met u is afgesproken. Hierbij hebben we extra aandacht voor het voorkomen van verwisselingen, met bijvoorbeeld een andere patiënt met een zelfde naam. Dit doen we op de volgende manier:
- Wij vragen bij afspraken, onderzoeken en behandelingen altijd naar uw achternaam én uw geboortedatum.
- Bij meerlingen en mensen met dezelfde achternaam en geboortedatum vragen wij ook naar extra gegevens, zoals uw patiëntnummer of voornaam.
- U krijgt bij opname altijd een polsbandje met uw naam, geboortedatum en patiëntennummer.
- Vlak voor een behandeling controleren wij (nogmaals) wie u bent en welke behandeling gaat plaatsvinden. Bijvoorbeeld aan welke kant van uw lichaam u wordt geopereerd. Dit wordt gemarkeerd met een stift.
Wist u dat?
- Wij jaarlijks 132.000 eerste polikliniekbezoeken hebben?
- Wij jaarlijks ongeveer 52.700 patiënten opnemen die allemaal een polsbandje krijgen?
- Wij voor baby’s aparte polsbandjes hebben?
- Er ongeveer 1.800 mensen in onze registratie staan die geen meerling zijn, maar wel dezelfde achternaam en geboortedatum hebben?
Informatie geven en vragen
In het JBZ vinden we het belangrijk dat we elkaar goed begrijpen. U hebt recht op duidelijke informatie over uw gezondheid en uw behandeling of onderzoek. De zorgverlener informeert u hierover, zodat u kunt beslissen of u de behandeling of het onderzoek wilt ondergaan. Vaak krijgt u ook een folder mee om uit te leggen welke behandeling u krijgt met alle belangrijke informatie. De zorgverlener zal u altijd informeren over het verloop van de behandeling en eventuele risico’s en alternatieven met u bespreken. Als u het niet begrijpt, is het belangrijk dat u dat aangeeft, zodat de zorgverlener de informatie kan verduidelijken.
Wat kunt u zelf doen?
Geef aan als iets niet duidelijk is of als u ergens over twijfelt. Als u nog vragen heeft nadat de arts is langsgekomen, schrijf ze dan op zodat u ze kunt vragen bij het volgende bezoek. U kunt ook vragen stellen aan de verpleegkundige of polikliniekmedewerker. Op sommige vragen kan zij/ hij ook antwoord geven. Daarnaast kan het fijn zijn om uw naaste mee te nemen als u uitleg krijgt over uw diagnose en behandelplan. Zo voorkomt u dat u dingen vergeet.
Als u aangeeft dat u voldoende geïnformeerd bent en instemt met de behandeling, registreert de arts dit in uw patiëntendossier. Dit wordt het informed consent genoemd. U hoeft hiervoor niets te ondertekenen. Wilt u toch voor toestemming tekenen, dan kunt u dit met uw arts bespreken.
Uw medicatie
Het JBZ streeft ernaar iedere patiënt het juiste geneesmiddel, op de juiste tijd, in de juiste hoeveelheid en op de juiste wijze te geven. Artsen en verpleegkundigen hebben hier een belangrijke taak in. De apotheek van het ziekenhuis controleert of u geneesmiddelen veilig kunt gebruiken.
Wat kunt u zelf doen?
U kunt ons helpen om het medicatieproces veiliger te maken. Het is fijn als u actuele informatie over uw medicijngebruik doorgeeft bij een polikliniekbezoek of opname in het JBZ. U kunt hiervoor een Actueel Medicatie Overzicht (AMO) opvragen bij uw eigen thuisapotheek. Bij het ontslag uit het ziekenhuis is het belangrijk dat u uw eigen apotheek informeert over de gewijzigde medicatie. U ontvangt hiervoor bij ontslag een nieuw Actueel Medicatie Overzicht van het JBZ.
Daarnaast vragen wij u bij een opname in het JBZ of bij een bezoek aan de Spoedeisende Hulp (SEH) uw medicatie van thuis voor één week mee te nemen. Dit helpt ons om goed te bepalen welke medicijnen u heeft of als wij bepaalde medicijnen niet in ons assortiment hebben. Daarnaast zijn er afdelingen in het JBZ waarin u gewoon door kunt gaan met het innemen van de medicijnen van thuis. Hierover wordt u op de betreffende afdeling verder over geïnformeerd.
U kunt bij uw huisarts of apotheek aangeven dat u toestemming geeft om uw (medicatie)gegevens te delen via het Landelijk Schakel Punt (LSP), u kunt dit aangeven via www.volgjezorg.nl/toestemming. De apotheek van het JBZ kan de gegevens dan opvragen bij uw eigen apotheek.
Samen infecties voorkomen
Ziekenhuisinfecties komen in alle ziekenhuizen voor en worden meestal veroorzaakt door bacteriën die mensen bij zich dragen. Daarom is het belangrijk om goede hygiënemaatregelen toe te passen. Hier hebben we in het JBZ ook extra aandacht voor.
Toch kan het voorkomen dat u tijdens uw opname een infectie oploopt. Dit gebeurt bij ongeveer 5% van alle patiënten. Een ziekenhuisinfectie is vervelend en kan er bijvoorbeeld voor zorgen dat u langer in het ziekenhuis moet blijven.
Wat doen wij?
Met de juiste hygiënemaatregelen is het aantal infecties te verminderen. Daarom wassen de zorgverleners vaak hun handen en zijn er strikte regels voor het schoonmaken en reinigen van onder andere kamers, apparatuur en bedden. Wanneer u een infectie heeft, kunt u ook anderen besmetten. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen, kan het zijn dat u in isolatie wordt opgenomen.
Wat kunt u zelf doen?
Ook u kunt een bijdrage leveren aan het voorkomen van ziekenhuisinfecties:
- Was uw handen met water en zeep:
- na een toiletbezoek
- na hoesten of niezen
- als uw handen zichtbaar vies of plakkerig zijn
- voor u gaat eten
- Hoest of nies in uw elleboog of gebruik een papieren zakdoekje.
- Gooi papieren zakdoekjes na gebruik direct weg.
- Zorg voor goede lichaamshygiëne, was uzelf regelmatig en trek schone kleding aan.
- Raak wonden, katheters of verbanden niet aan.
Specifiek voor bezoekers:
- Maak uw handen schoon met handalcohol bij het begin en eind van uw bezoek, en zo nodig tussendoor. Verder is het schoonmaken van uw handen extra belangrijk bij patiënten in isolatie, of als u daarom gevraagd wordt. De flessen met handalcohol hangen aan het begin van de afdeling en op elke patiëntenkamer.
- Stel uw bezoek uit als u verkouden of ziek bent, of overleg dit in ieder geval met de afdeling die voor de patiënt zorgt.
Voorkom vallen
Als we ouder worden, is de kans op vallen groter. Een val is, ook in het ziekenhuis, snel gebeurd. Een val kan vervelende gevolgen hebben. Met wat geluk houdt u er alleen een schaafwond of blauwe plek aan over. Soms zijn de gevolgen ernstiger. U kunt bijvoorbeeld uw heup, pols of schouder breken of een wond aan uw hoofd oplopen. Een val in het ziekenhuis kan leiden tot een langere opname, een ernstige val kan zelfs leiden tot het overlijden van een patiënt.
In het JBZ doen we er alles aan om de kans op vallen zo klein mogelijk te maken. Dit doen we onder andere door gladde vloeren te vermijden, oneffenheden en losliggende vloerdelen zo snel mogelijk weg te werken en zorgen we voor goede verlichting in de kamers en op de gang. Daarnaast krijgt u wanneer u wordt opgenomen een aantal vragen om uw risico op vallen te bepalen. Afhankelijk van dit risico worden aanvullende maatregelen genomen om de kans dat u valt te verkleinen, bijvoorbeeld door uw bed tegen de muur te plaatsen.
Wat kunt u zelf doen?
Helaas kunnen we niet alle valincidenten voorkomen. Wel kunt u zelf samen met uw naasten, het risico op vallen sterk verminderen. Bekijk hiervoor de folder 'Vallen voorkomen in het ziekenhuis'.
Antistolling
Antistollingsmiddelen zijn medicijnen die de stolling van het bloed verminderen of vertragen. Ze worden ook wel bloedverdunners genoemd. Dit is eigenlijk niet de juiste benaming. Het bloed wordt niet dunner, maar stolt minder snel.
Op een wond komt een korstje. Dit is de stolling van uw bloed. In een ader, slagader of in het hart kan het bloed ook stollen en ontstaan er stolsels of klontjes. Dit kan bijvoorbeeld bij aderverkalking, weinig beweging of ritmeproblemen van het hart. Antistollingsmiddelen gaan deze stolselvorming tegen of voorkomen dat de stolling verergert. Zo kunnen vervelende aandoeningen, zoals een hartinfarct of herseninfarct, voorkomen worden.
Antistolling kan ook gegeven worden om trombose te voorkomen, bijvoorbeeld na een operatie. Deze medicatie krijgt u dan voor een bepaalde periode, vaak ook nog een korte periode na de opname. Het is belangrijk hiermee door te gaan tot de afgesproken datum. Als deze datum u niet duidelijk is, vraag daar dan naar bij uw zorgverlener.
Wat kunt u zelf doen?
Voor uw behandelend arts is het van belang om te weten of u antistollingsmedicatie gebruikt. Dit wordt u daarom ook altijd voor een operatie gevraagd. Geef dit daarom duidelijk aan. Als u het niet zeker weet, vertel dit dan ook aan de arts. Dan kan er samen gekeken worden wat nodig is.
Als het even minder goed met u gaat
Er kan een situatie ontstaan waarbij u problemen krijgt met bijvoorbeeld uw hartslag of ademhaling. Dit kan zo ernstig zijn dat een hart- of ademhalingsstilstand ontstaat. Dit kan gebeuren voor of tijdens de opname, of bij een operatie of onderzoek dat ineens anders gaat dan verwacht. Het is dan erg belangrijk dat de zorgverleners snel ingrijpen. Dit is voor u als patiënt of als naaste ingrijpend om mee te maken.
Wat kunt u zelf doen?
Soms bent u als patiënt of als naaste één van de eersten die de veranderingen opmerkt. Misschien ziet of merkt u iets wat u niet vertrouwt of reageert u als patiënt of uw naaste ineens ‘anders’ dan wat u van degene kent. Het is belangrijk om dit direct te laten weten.
Ook de zorgverleners houden in de gaten of de toestand van u of uw naaste verslechtert. Bijvoorbeeld door het meten van de temperatuur, bloeddruk en hartslag. Hoe sneller we bij een situatie zijn die acuut verandert, hoe beter we kunnen inschatten welke zorg of behandeling u of uw naaste nodig heeft.
Het is belangrijk dat uw arts weet wat uw wensen zijn als het (plots) minder goed met uw gaat en er acute situatie ontstaat waardoor er snel beslissingen genomen moeten worden. Beslissingen over of u bijvoorbeeld gereanimeerd wordt. Om te weten wat u wilt, gaat de arts hierover met u in gesprek. Kijk ook hier voor meer informatie over wel of niet reanimeren.
Als u niet gereanimeerd wilt worden, wordt dat vastgelegd in uw dossier. U kunt in uw dossier zien wat er over eventuele behandelbeperkingen is vastgelegd. Hiervoor logt u in op MijnJBZ, u klikt op het kopje ‘Dossier’ waarna u vervolgens kiest voor ‘Behandelbeperking’. Staat uw behandelbeperking niet in uw MijnJBZ? Neem dan contact op met (één van) de polikliniek(en) waar u onder behandeling bent. Of meld dit bij uw eerstvolgende afspraak in het JBZ.
Voor uw naasten is het belangrijk dat zij weten wat zij kunnen doen wanneer zij zich zorgen maken over uw gezondheidstoestand. Uw arts zal hen informeren hoe zij hulp kunnen vragen.
Voeding
Het is belangrijk zo fit mogelijk een behandeling of operatie in te gaan. Uit onderzoek blijkt dat u bij een goede conditie sneller herstelt. Goede voeding kan helpen uw conditie te verbeteren en is ook een onderdeel van een goede behandeling. Het JBZ vindt het daarom belangrijk om voedingsproblemen te voorkomen of vroegtijdig te ontdekken. Zo wordt de kans op complicaties verkleind en herstelt u sneller.
De verpleegkundige vraagt aan het begin van uw opname in het ziekenhuis uw gewicht, uw lengte en of u de afgelopen maand veel bent afgevallen of aangekomen. Als het nodig is, kijkt de verpleegkundige hoe uw conditie door voeding kan verbeteren. Dit kan door bijvoorbeeld energie- en eiwitverrijkte voeding voor te schrijven of door het advies te vragen van een diëtist.
Omdat goed eten van belang is, bieden het JBZ en Sodexo u 'Ons menu voor u' aan. Tijdens uw opname mag u zelf kiezen wat u eet, wanneer, hoe vaak, en met wie. Uw bezoek kan tegen betaling mee-eten. Kijk voor meer informatie hier.
Pijn
Wij vinden het belangrijk dat u aangeeft of u zich prettig voelt of niet. Geef daarom direct aan als u pijn heeft. Daarnaast vraagt de verpleegkundige aan u of u pijn heeft, bijvoorbeeld tijdens het opnamegesprek of na een operatie. Dit wordt genoteerd in uw dossier. Dan proberen we om samen met u een passende oplossing te zoeken.
Kwetsbare ouderen
We willen het liefst dat u of onze ouders zo lang mogelijk gezond en vitaal thuis blijven wonen. Helaas kan dit ineens veranderen. Een ongeluk zit in een klein hoekje. Ook kan ziekte of een onverwachte gebeurtenis er voor zorgen dat u of uw naaste toch ineens kwetsbaar en hulpbehoevend wordt. Ook is een ziekenhuisopname voor u meer risicovol. De kans op een complicatie of een val is groter. Het is belangrijk dat u bij uw bezoek bijvoorbeeld aan de Spoedeisende Hulp (SEH) goed aangeeft wat de hulpvraag is en waardoor die is ontstaan. En dat u als oudere actief blijft. Ga bewegen, maak een praatje, maak uw eigen keuzes. En dat u als naaste daarin actief betrokken blijft. In het ziekenhuis hebben we hulpmiddelen ontwikkeld om u te beschermen. Ook hebben we afspraken gemaakt hoe we voor een goede overgang van ziekenhuis naar huis of zorginstelling zorgen.
Keurmerken
We zetten ons voortdurend in om de kwaliteit en veiligheid van onze zorg te verbeteren, passend bij een JCI-geaccrediteerd opleidingsziekenhuis. Onze behaalde keurmerken en certificaten laten zien dat onze zorg voldoet aan de vastgestelde eisen rondom kwaliteit en veiligheid.
Ziekenhuischeck
Wilt u weten welke kwaliteit het JBZ biedt? Of wilt u het JBZ vergelijken met andere ziekenhuizen? Het JBZ houdt veel gegevens bij over de kwaliteit van zorg, zoals de resultaten van een operatie. Op Ziekenhuischeck en Revalidatiecheck worden een deel van deze gegevens getoond. Hier kunt u kwaliteitscijfers van ziekenhuizen vinden over bepaalde behandelingen en algemene zaken als medicatiecontrole.
Deze cijfers zijn de cijfers die het JBZ wettelijk verplicht aanlevert aan het Zorginstituut Nederland en de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd. De patiënttevredenheidsscore is afkomstig van een landelijk onderzoek door de Nederlandse Vereniging voor Ziekenhuizen.