Headerafbeelding
Vaas op tafel in wachtkamer met zicht op binnentuin
Behandeling

Nazorg na een behandeling met plaatselijke verdoving door de KNO-arts

Wanneer u bij de KNO-arts een behandeling met een plaatselijke verdoving heeft gehad, zijn er een aantal zaken waar u op moet letten. 

Na een behandeling met plaatselijke verdoving

Praktische tips

Wat neemt u mee?

Bij iedere afspraak in het ziekenhuis neemt u mee:

  • een geldig identiteitsbewijs
  • uw Actueel Medicatie Overzicht (AMO).

Hier vindt u meer informatie over wat u moet meenemen.

Afspraak op onze hoofdlocatie in 's-Hertogenbosch? Meld u eerst digitaal aan. Lees hier hoe dit werkt.

Opleidingsziekenhuis

In het JBZ leiden we verpleegkundigen, coassis­tenten, artsen en andere zorgverleners op. Dit betekent dat bij uw afspraak soms meerdere zorgverleners aanwezig zijn. En het kan zijn dat u onderzocht of behan­deld wordt door een zorgverlener in opleiding. Deze zorgverlener werkt altijd onder supervisie van een gekwali­ficeerde zorgverlener.

MijnJBZ

Via MijnJBZ kunt u zelf een deel van uw persoonlijke en medische gegevens inzien die in het JBZ over u bekend zijn. Zie ook: Wat kan ik in MijnJBZ zien? 

Betrokken afdelingen

Code KNO-735
Laatste revisie: 1 december 2022 - 13:34
Na een behandeling met plaatselijke verdoving

Nazorg na een behandeling met plaatselijke verdoving door de KNO-arts

Een aantal adviezen voor thuis

Pijnstilling

U kunt na de behandeling pijn hebben. Hiervoor kunt u tot 4 x per dag 1000mg paracetamol nemen.

Bloeding

Na iedere behandeling of operatieve ingreep kunnen er problemen ontstaan. De wond kan gaan bloeden. Denk hierbij aan meer dan enkele druppels. Blijft op de dag van de behandeling de wond meer dan enkele druppels bloeden? Dan belt u naar de polikliniek.

Hechtingen

Heeft u hechtingen die niet vanzelf oplossen? Dan worden deze ongeveer 7 dagen na de behandeling verwijderd. U krijgt hiervoor een afspraak mee.

Bloedverdunners

  • Slikt u Acetylsalicylzuur (Ascal)? Dan vertelt de arts u wanneer u dit weer mag innemen.
  • Slikt u Marcoumar of Sintrom? Dan bepaalt de trombosedienst wanneer en hoeveel tabletten u moet innemen.

Infectie

Er kan een infectie ontstaan. Dit ontstaat dan vanaf de 2e dag na de behandeling. De wond wordt rood en dikker. De wond kan gaan kloppen en u krijgt meer pijn. Ook kan er pus uit de wond komen. In deze gevallen belt u de polikliniek.

Doof gevoel

In en rond om de wond kan de huid doof aanvoelen. Dit kan tijdelijk, maar ook blijvend zijn.

Heeft u een ingreep aan het trommelvlies gehad? 
Dan mag u de eerste week niet werken, tillen, persen en de neus snuiten. Niet hoesten, bukken en onverwachte bewegingen maken met het hoofd.
De eerste drie weken rustig aan doen, wel bewegen maar niet sporten.
Het oor 8 weken droog houden (bij douchen een beker op het oor zetten). Ook mag u 8 weken niet vliegen.
 

Bij vragen en/of pijnklachten:

  • belt u tijdens kantooruren: polikliniek Keel,- Neus en Oorheelkunde: (073)553 60 70.
  • ’s avonds, ’s nachts en in het weekend belt u het algemeen telefoonnummer van het JBZ:(073) 553 20 00. U vraagt dan naar de KNO-arts die dienst heeft.

U belt de eerste 24 uur naar het ziekenhuis. Heeft u daarna nog klachten, dan belt u uw huisarts.

Heeft u na het lezen van deze informatie nog vragen, dan kunt u bellen naar de polikliniek Keel-, Neus- en Oorheelkunde, telefoonnummer: (073) 553 60 70.