Headerafbeelding
Foto orchidee
Behandeling

Borstreconstructie, oefeningen en adviezen na de operatie

Na een borstreconstructie kunt u de schouder aan de geopereerde zijde minder goed bewegen.

De fysiotherapeut geeft u oefeningen en adviezen die u helpen om op de langere termijn uw schouder weer normaal te kunnen bewegen.

Oefeningen en adviezen

Betrokken afdelingen

Code PMD-304
Laatste revisie: 20 februari 2024 - 09:21
Oefeningen en adviezen

Borstreconstructie, oefeningen en adviezen na de operatie

Tijdens de eerste weken van herstel kunt u nog niet veel van uw dagelijks bezigheden doen. Na ongeveer 2 weken kunt u beginnen met lichte lichamelijke activiteiten.

Is bij u een definitieve prothese of een tissue-expander geplaatst?

Om te voorkomen dat de prothese verschuift mag u:

  • de eerste 2 weken uw armen niet boven schouderhoogte tillen;
  • de eerste 3 weken niet met uw volle gewicht op uw armen steunen;
  • de eerste 6 weken geen zware lasten (boven de 6 kilo) tillen.

Om de borst met een definitieve prothese zo min mogelijk te belasten, kunt u het beste de eerste 4 weken een speciaal aangemeten beha of een sportbeha dragen. Draag deze beha zowel overdag als ‘s nachts.

Heeft u een borstreconstructie ondergaan volgens de rugspiermethode of met een expander?

Draag dan een sportbeha, zowel tijdens het vullen van de expander als de eerste 3 weken daarna.

Na de borstreconstructie kan uw lichaam stijf zijn. De fysiotherapeut komt een dag na de operatie oefeningen met u doornemen. Deze oefeningen helpen om de stijfheid te verminderen. Algemene adviezen bij de oefeningen zijn:

  • De eerste 2 weken mag u uw armen niet boven de 90° te heffen. Dit geldt voor zowel voorwaarts als zijwaarts heffen. Na 2 weken mag u het heffen langzaam gaan uitbreiden tot maximaal.
  • Vooral tijdens de ziekenhuisopname is het belangrijk dat u de oefeningen rustig uitvoert. Beweeg tot net voor de pijngrens!
  • Herhaal een oefening 5 tot 10 keer. Doe de oefening 3 keer per dag.
  • Na 2 weken mag u de herhaling van de oefening verhogen naar 10 keer per oefening; doe dit 3 keer per dag.
  • Het is belangrijk dat u tijdens het oefenen goed blijft doorademen.
  • Een goede houding van uw bovenlichaam en de schouders is belangrijk voor het goed uitvoeren van de oefeningen. Zit of sta dus goed rechtop.
  • Let op dat u bij het oefenen niet met de armen gaat veren.
maak een rollende beweging met de schouders
Oefening 1a / 1b / 1c
  • Zit op een stoel
  • Laat de armen langs het lichaam hangen.

Oefening 1a: Maak een vuist en open de hand weer.

Oefening 1b: Buig en strek de elleboog

Oefening 1c: Maak een voorwaarts en achterwaarts rollende beweging met de schouders. 

beweeg uw armen gestrekt voorwaarts
Oefening 2
  • Beweeg uw armen gestrekt voorwaarts, tot maximaal recht vooruit (90 graden).
  • U mag de handen los hebben of gevouwen houden.
houd de handen achter de rug vast en beweeg omhoog
Oefening 3
  • Zit op de stoel.
  • Houd achter de rug met gestrekte ellebogen beide handen vast en probeer de armen langzaam omhoog te bewegen.
schuif de handen achter de rug naar boven en naar beneden
Oefening 4
  • Leg uw handen laag op de rug en schuif ze langs de rug naar boven.
handen op wangen en ellebogen naar voor en achter bewegen
Oefening 5
  • Leg de handen op de wangen. 
  • Houd uw ellebogen eerst ontspannen naar voren en breng ze daarna rustig naar achteren.

U mag de bovenstaande oefeningen blijven doen. U mag dit uitbreiden naar 10 keer per oefening, dit meerdere malen per dag. U mag geen pijn krijgen tijdens het oefenen. De wond verkeert nog in een herstelfase. Vermijd zware belasting. U mag lichte activiteiten doen binnen de grenzen van de beweeglijkheid van uw schouder, maar deze mogen geen pijn doen. Blijf oefenen tot de volledige beweeglijkheid weer normaal is. U mag dan in principe alles doen met uw schouder en geleidelijk uw sportactiviteiten rustig hervatten.

strengel de handen ineen achter het hoofd
Oefening 6
  • Leg de handen achter de oren tegen het achterhoofd en strengel vervolgens de vingers ineen.
  • Houd de ellebogen eerst ontspannen naar voren en breng ze dan zo ver mogelijk naar achteren.
beweeg de arm gestrekt omhoog en omlaag
Oefening 7
  • Vouw de handen in elkaar, zo ondersteunt u met uw gezonde arm de geopereerde zijde.
  • Probeer de beide handen zo ver mogelijk omhoog te krijgen.
beweeg de arm omhoog langs de muur
Oefening 8
  • Ga een stukje van de muur afstaan (15 cm) en krabbel met beide handen tegelijkertijd langs de muur omhoog tot schouderhoogte.
beweeg de arm gestrekt opzij omhoog en omlaag
Oefening 9
  • Ga met de rug tegen de muur aan staan. Plaats de handen met de handrug tegen de muur.  
  • Beweeg beide armen zo hoog mogelijk zijwaarts.
  • De handen blijven contact houden met de muur.
  • Herhaal de oefening 5 tot 10 keer.

Bij vragen of onduidelijkheden kunt u tijdens kantooruren bellen met de afdeling Paramedische ziekenhuiszorg, telefoonnummer (073) 553 61 55.