Bij de ziekte van Ménière heeft u drie klachten: duizeligheid, slechthorendheid en oorsuizen. Pas als al deze symptomen allemaal aanwezig zijn en er geen andere oorzaak is gevonden, wordt de diagnose ziekte van Ménière gesteld.
Bij bloedonderzoek nemen we een of meer buisjes bloed af met een hol naaldje. Dit bloed wordt vervolgens in het laboratorium onderzocht door een analist.
Met behulp van het MRI-onderzoek kunnen pezen, spieren, hersenweefsel, kraakbeen, tussenwervelschijven, organen of bloedvaten zichtbaar worden gemaakt.
Behandelingen
Er bestaat nog geen goede behandeling voor de ziekte van Ménière, omdat de oorzaak onbekend is.
De behandeling bestaat in de eerste plaats uit het aanpassen van de levensstijl. Het is van belang dat u grote spanningen probeert te vermijden. Maakt u zich niet te druk. Trek als het ware op tijd aan de handrem. Dit is natuurlijk makkelijker gezegd dan gedaan. Uw KNO-arts of uw huisarts kan u misschien hierbij helpen.
Uw KNO-arts kan u medicijnen voorschrijven. Er zijn verschillende medicijnen om de duizeligheid te voorkomen of te bestrijden. Afhankelijk van uw situatie maakt de arts een keuze.
Soms kan een hoortoestel het gehoorverlies verhelpen of het oorsuizen te maskeren. Dit kan moeilijk zijn omdat u de versterkte geluiden al snel als te hard en onaangenaam kunt ervaren.
Voor sommigen helpt een zogenaamde ‘prismabril’. Dit is een bril met speciale glazen.
De artsen zijn er niet van overtuigd dat de ziekte van Ménière met een operatie te verhelpen is.
Tenslotte moet niet alleen u, maar ook uw naaste omgeving accepteren dat u de ziekte van Ménière heeft. Niemand is er bij gebaat als u te veel hooi op uw vork neemt. Begrip voor uw situatie komt niet vanzelf. Goede communicatie is heel belangrijk.