Punctie
In de eierstok bevinden zich eiblaasjes. Deze zijn gevuld met vocht. Hierin zitten de eicellen die op de echo niet te zien zijn. Bij een punctie prikken we de blaasjes aan. Het aanprikken van deze eiblaasjes (follikels) heet follikelpunctie. Het aanprikken gebeurt via de vagina met behulp van de echo. Deze kent u al van de controles.
Translate instructions
For translating the text, please follow this instruction:
1. Select the text you want to translate.
2. Choose ‘Vertalen’.
3. Select the language you prefer.
4. You can read and/or listen to the translated text (by Google).
Voorbereiding
Twee dagen voor de punctie heeft u een injectie met Ovitrelle gekregen.
Op de ochtend van de punctie mag u ‘s ochtends gewoon eten. Het is belangrijk dat uw blaas leeg is voor de punctie. Ga kort voor de punctie nog even naar het toilet om goed uit te plassen. Daarna kunt u zich melden op het afgesproken tijdstip bij het Centrum Voortplantingsgeneeskunde.
Bij het Centrum Voortplantingsgeneeskunde neemt u plaats in de behandelstoel waar als eerste een naaldje in de arm wordt gebracht. Hierdoor krijgt u medicijnen tegen de pijn ingespoten. Het naaldje zelf wordt verwijderd en een flexibel buisje blijft in uw arm zitten.
Wanneer het nodig is, kunnen we u pijnstilling bijgeven. Als bijwerking van de medicijnen kunt u licht in het hoofd worden. Om de hartslag in de gaten te houden, plaatsen we een metertje op uw vinger.
Verloop van de punctie
Met behulp van vaginale echo brengen we de eiblaasjes in beeld. De echoprobe wordt voorzien van een naaldhouder en steriel ingepakt. Met een holle naald worden de eiblaasjes één voor één aangeprikt en leeggezogen. Het vocht wordt opgevangen in buisjes.
U kunt zelf de punctie volgen op het beeldscherm. De verpleegkundige is bij de punctie aanwezig. Uw partner mag ook bij u blijven. De punctie zelf duurt ongeveer 5 tot 10 minuten. Dit hangt af van het aantal eiblaasjes en de ligging van de eierstokken. Voor de totale ingreep is een half uur gepland. De meeste tijd is nodig voor de voorbereiding. De pijn of ongemak bij de punctie wisselt per patiënt en neemt snel af.
Na de punctie
We brengen u naar een andere kamer waar u kunt uitrusten en bijkomen van de punctie. We adviseren u om na de punctie niet meer (terug)naar het werk te gaan. Meestal is er een beetje vaginaal bloedverlies. Dit komt van de vaginawand en is niet erg.
Ongeveer 15 minuten na de punctie brengt uw partner de buisjes met vloeistof met daarin de eicellen naar het laboratorium van het Centrum Voortplantingsgeneeskunde Brabant in het Elisabeth TweeSteden Ziekenhuis (ETZ) in Tilburg. De eicellen moeten op een constante temperatuur blijven. Daarom worden ze vervoerd in een voorverwarmde koffer.
De afspraak voor de terugplaatsing van de embryo's, krijgt uw partner mee vanuit Tilburg.
Als u zich goed voelt, mag u met uw partner mee naar Tilburg. Overleg dit eerst met de verpleegkundige of arts.
Gebeurt de punctie in het weekend en is het noodzakelijk dat u blijft, dan wordt u opgenomen op de verpleegafdeling. Wanneer u naar huis gaat, krijgt u een afspraak mee voor een evaluatiegesprek.
Pijn
De verpleegkundige vraagt na de punctie naar de hevigheid van de pijn. U geeft de pijn een cijfer tussen de nul en tien. Nul betekent geen pijn, tien de ergst denkbare pijn. Een uur na de punctie wordt er nog een pijnmeting gedaan. Heeft u nog last van buikpijn na de punctie? Dan mag u paracetamol gebruiken.
Utrogestan
Op de avond van de punctie begint u met een capsule Utrogestan. U brengt 2 keer per dag 1 capsule vaginaal in, gedurende 15 dagen. Dit is anders dan in de bijsluiter vermeld staat. Door het gebruik van Utrogestan, kunt u last krijgen van een vaginale afscheiding. Het kan de menstruatie enige dagen uitstellen. Ook kunt u last hebben van ochtendmisselijkheid en gespannen borsten.