Het capaciteitenprofiel (CAP) is een methode om de soort en de hoeveelheid extra zorg vast te
stellen die een kind in de toekomst waarschijnlijk nodig zal hebben. Dit wordt gedaan op grond van de problemen die er nu zijn, zoals spasticiteit, slechtziendheid, epilepsie of verstandelijke beperkingen.
Bij aandoeningen die in de tijd niet veel veranderen, zullen de problemen die er nu zijn óók in de toekomst nog bestaan. Daardoor kunnen we al vroeg vaststellen welke extra zorg in de toekomst nodig is. Het CAP geeft dus niet de normale zorg weer die elk kind van die leeftijd krijgt, maar alleen de extra zorg die nodig is.
Vijf gebieden
Het CAP geeft de zorg weer in 5 gebieden:
- Gezondheid (lichamelijke belastbaarheid)
- Het bewegen (motorische functies)
- Zintuiglijke functies (zoals horen en zien)
- Mentale functies (verstandelijke vermogens)
- Stem- en spraakfuncties
Als er een probleem is met één of meerdere functies van het lichaam, kan dat leiden tot een probleem met het uitvoeren van activiteiten. Uiteraard is uw kind in ontwikkeling en zal hij of zij nieuwe dingen leren. Maar de stoornissen in de lichaamsfuncties blijven bestaan. Deze bepalen de grenzen van wat mogelijk is om zelf te leren doen. Wat uw kind niet zelf kan gaan doen, moet worden aangevuld met extra zorg.