Behandeling

Ontslag naar een revalidatie-instelling na een hartstilstand

Het doormaken van een hartstilstand is een ingrijpende gebeurtenis voor u en uw naasten.

Patiënten die succesvol gereanimeerd zijn bij een hartstilstand, worden opgenomen op de verpleegafdeling Cardiologie. U wordt behandeld door de cardioloog. Daarnaast begeleiden verschillende zorgverleners u zo goed mogelijk tijdens uw opname en de revalidatieperiode daarna. 

In deze folder leest u belangrijke informatie voor de periode na uw ziekenhuisopname.

Revalideren na een hartstilstand

Hier vindt u alle belangrijke informatie

Betrokken afdelingen

Code CAR-157
Laatste revisie: 28 april 2025 - 15:03
Revalideren na een hartstilstand

Ontslag naar een revalidatie-instelling na een hartstilstand

Een hartstilstand buiten het ziekenhuis noemen we een out-of-hospital cardiac arrest (OHCA).

Een hartstilstand kan verschillende oorzaken hebben. We noemen hieronder de meest voorkomende oorzaken. Tijdens uw opname in het ziekenhuis heeft u onderzoeken gehad om te kijken wat bij u de oorzaak was. De cardioloog heeft u hier meer over verteld.

Mogelijke oorzaken van een hartstilstand zijn:

  • Een acuut (plotseling) hartinfarct. Dit betekent dat er een verstopping is van een kransslagader van het hart. Een deel van het hart krijgt geen bloed meer en sterft af. Er ontstaat dan een levensbedreigende hartritmestoornis.
  • Een eerder doorgemaakt hartinfarct, waarbij er littekenweefsel in de hartspier is gekomen. In dit littekenweefsel kan een gevaarlijke en levensbedreigende hartritmestoornis ontstaan.
  • Een hartspierziekte (cardiomyopathie). Een ziekte van de hartspier kan leiden tot een gevaarlijke en levensbedreigende hartritmestoornis.
  • Een ontsteking van het hart. Door deze ontsteking kan een gevaarlijke en levensbedreigende hartritmestoornis ontstaan.
  • Een gevaarlijke en levensbedreigende hartritmestoornis.

Als u een hartstilstand heeft gehad, zijn er verschillende behandelingen mogelijk. Uw cardioloog bespreekt met u welke behandeling(en) u krijgt of al heeft gehad. 

  • Een dotterbehandeling. Met een dotterbehandeling kan de cardioloog vernauwingen in de kransslagaders van het hart opheffen. Door de vernauwing heeft uw hart te weinig zuurstof gekregen. De vernauwing wordt opgerekt door het opblazen van een ballonnetje in de kransslagader. Daarna plaatst de cardioloog een stent om de kransslagader open te houden. 
  • Een bypassoperatie. Als er vernauwingen in meerdere kransslagaders rondom het hart zijn, kunnen deze worden verholpen door bypasses (omleidingen). 
  • Medicijnen om het hartritme rustig en regelmatig te houden. Door deze medicijnen worden nieuwe hartritmestoornissen voorkomen. 
  • Een ICD (inwendige defibrillator). Dit is een apparaatje dat ingrijpt bij levensbedreigende ritmestoornissen. De ICD geeft een schok om het normale hartritme te herstellen en zo een hartstilstand te voorkomen. 
  • Een ablatie. Bij een ablatie beschadigt de cardioloog het hartweefsel op bepaalde plaatsen. Hierdoor wordt de verkeerde prikkelgeleiding geblokkeerd.

De revalidatie vindt in eerste instantie plaats via de revalidatie-instelling waar u naar toe gaat.

In overleg met de fysiotherapeut van het ziekenhuis en de gespecialiseerde hartrevalidatieverpleegkundigen kunt u nog een oproep krijgen om hartrevalidatie in het ziekenhuis te volgen als dit voor uw situatie nog gewenst is. Deze oproep krijgt u dan thuisgestuurd of via MijnJBZ.nl

Lichamelijk herstel

Tijdens uw opname in het ziekenhuis heeft de fysiotherapeut met u besproken in welke mate u uw lichamelijke activiteiten weer mag en kan oppakken. Het zal u verbazen hoeveel uw conditie achteruit is gegaan tijdens uw opname. Gedurende uw opname in de revalidatieinstelling wordt er samen met u gekeken naar uw lichamelijke herstel en hoe dit verbeterd kan worden.

Geestelijk herstel

Het doormaken van een hartstilstand is een ingrijpende gebeurtenis voor u en uw naasten. Het kan gevoelens van angst, verdriet, onzekerheid en boosheid veroorzaken. Dit zijn normale reacties op zo'n heftige gebeurtenis. 

Misschien heeft u er tijdens de opname geen of weinig last van gehad of heeft u er nog niet echt over nagedacht. Het komt voor dat de verwerking pas later begint, bijvoorbeeld wanneer u bij de revalidatie-instelling bent of in de periode daarna. Dit is niet iets om u meteen zorgen over te maken. Bij de revalidatie-instelling kunt u eventueel hulp te krijgen bij deze verwerking. 

Invloed op het denken

Een hartstilstand is niet alleen een schok voor het hart, maar kan ook een schok voor de hersenen zijn. De hersenen hebben bloed nodig om goed te kunnen werken. Maar tijdens een hartstilstand stopt de bloedtoevoer tijdelijk. 

Het is mogelijk dat uw hersenen beschadigd zijn door het tijdelijke zuurstoftekort. De gevolgen van hersenletsel na een hartstilstand kunnen erg verschillen per persoon. Soms zijn deze gevolgen niet meteen zichtbaar of merkt u ze u niet meteen. Mogelijke problemen na een hartstilstand kunnen zijn: 

  • geheugenproblemen en vergeetachtigheid; 
  • traagheid; 
  • snel afgeleid zijn; 
  • moeite om twee dingen tegelijk te doen; 
  • vermoeidheid; 
  • problemen met het verwerken van informatie; 
  • prikkelbaarheid. 

Bij de revalidatie-instelling is hier aandacht voor.

Naasten

Voor naasten is een hartstilstand vaak ook een grote schok. Misschien waren zij aanwezig bij de hartstilstand en de reanimatie. Of mogelijk is er een periode van onzekerheid geweest of u het wel zou overleven. Dit kan gevoelens van onzekerheid en angst veroorzaken.

Het gebeurt vaak dat de manier waarop naasten de gebeurtenis verwerken anders is dan hoe u het zelf ervaart. Misschien weet u zelf niets meer van wat er gebeurd is, terwijl uw naasten vol spanning hebben moeten afwachten.

Medisch maatschappelijk werk biedt tijdens opname begeleiding voor zowel u als uw naasten. Daarnaast is in uw eigen omgeving begeleiding mogelijk door de praktijkondersteuner GGZ van uw huisarts of biedt de revalidatie-instelling mogelijkheden.

Financiële problemen

Het revalideren na een hartstilstand kost tijd. Als u bijvoorbeeld een eigen bedrijf heeft of kostwinner bent, kan uw revalidatietraject invloed hebben op uw inkomen. Een bedrijfsarts, revalidatie arts of verzekeringsarts kan u daarbij begeleiden.

U kunt ook bij uw gemeente navragen of u in aanmerking komt voor een uitkering of aanvulling op uw inkomen.

Vervolgafspraken

De medische zorg wordt overgedragen aan de revalidatie-instelling en eventueel al aan uw huisarts. U heeft nog wel een controleafspraak bij de cardioloog hier in het ziekenhuis. Deze afspraak krijgt u thuisgestuurd.

De hartrevalidatie in het ziekenhuis kan eventueel opgestart worden na de revalidatieperiode in het revalidatiecentrum. In dat geval wordt deze revalidatie aangevraagd via uw cardioloog.

Heeft u nog vragen na uw ontslag uit het ziekenhuis? Dan kunt u tijdens kantoortijden bellen naar de polikliniek Cardiologie.