U hoeft voor deze behandeling niet nuchter te zijn. U mag van tevoren gewoon eten en drinken.

Let op!

• Gebruikt u bloedverdunnende medicijnen, zoals acenocoumarol, fenprocoumon of acetylsalicylzuur? Dan mag u deze soms een aantal dagen voor de behandeling niet meer innemen. De arts zal u hierover informeren. Gebruikt u acenocoumarol of fenprocoumon? Neem dan contact op met de Trombosedienst zodra de datum van de behandeling bekend is.
• Bent u allergisch voor jodium, contrastvloeistof of medicijnen? Geef dit dan van tevoren door.
• Bent u zwanger of zou u dit kunnen zijn? Vertel dit dan voor de behandeling aan de anesthesioloog. Dit is belangrijk omdat er tijdens de behandeling met röntgenstraling wordt gewerkt.
• Regel vóór de behandeling dat iemand u naar huis brengt. U mag na deze behandeling niet zelf aan het verkeer deelnemen.  Daarom is het belangrijk dat u samen met een begeleider naar het ziekenhuis komt. Neem vanaf de hoofdingang al een rolstoel mee naar het pijnbehandelcentrum.
• Wij vragen u om gemakkelijke kleding aan te trekken. Het liefst een broek zonder riem.

Bent u verhinderd? Geef dit dan tenminste 24 uur vóór de afspraak door aan de polikliniek Pijnbestrijding. Er kan dan een andere patiënt in uw plaats geholpen worden. Zo blijft de wachtlijst beperkt.

U komt op het afgesproken tijdstip naar het pijnbehandelcentrum (gebouw A, verdieping 3). Als u aanbelt, laat een verpleegkundige u binnen. U neemt dan plaats in de wachtruimte. Hier wordt u opgehaald en naar de behandelruimte gebracht.

Na de behandeling krijgt u iets te drinken. Als u zich goed genoeg voelt, mag u naar huis.

U mag na de behandeling niet zelf aan het verkeer deelnemen. Daarom is het belangrijk dat u samen met een begeleider naar het ziekenhuis komt. Neem vanaf de hoofdingang al een rolstoel mee naar het pijnbehandelcentrum.

De verdovingsvloeistof werkt ongeveer 4 tot 6 uur. Daarna kan de pijn terugkomen. De ontstekingsremmende medicijnen hebben enkele weken tijd nodig om de geïrriteerde zenuw tot rust te brengen.

• In de eerste 2 weken na de behandeling kunnen uw pijnklachten toenemen. Ook kan er napijn optreden als gevolg van de behandeling. U kunt hiervoor een pijnstiller nemen, zoals paracetamol.
• U kunt opvliegers krijgen. Bij vrouwen kan de menstruatie korte tijd ontregeld zijn.
• Bij diabetespatiënten kunnen de bloedsuikers voor korte tijd ontregeld zijn.
• De kans op complicaties, zoals infectie en allergische reactie, is erg klein.
• Als er tijdens het prikken een bloedvaatje wordt geraakt, kan er een bloeduitstorting ontstaan. Dit kan soms pijn veroorzaken.
• Het is mogelijk dat u door de injectie van de verdovingsvloeistof enkele uren minder gevoel ervaart in het behandelde gebied. 
• Heel zelden ontstaat krachtverlies of zwaar gevoel van een arm of been. Dit is tijdelijk en kan een dag tot enkele dagen duren.

Het kan 1 tot 6 weken duren, voordat u het effect van de behandeling merkt. Hoe lang het de pijn verminderd blijft, hangt af van de oorzaak van de pijn en van welke structuur behandeld is.

U krijgt een controleafspraak om het resultaat en mogelijke verdere behandeling van de behandeling met de pijnarts te bespreken. Als de klachten na verloop van tijd terugkeren kan de behandeling worden herhaald, maar niet onbeperkt. Soms levert de behandeling niet het gewenste resultaat op. De arts overlegt dan met u of er een andere behandeling mogelijk is.

• Start weer met uw bloedverdunners, zoals de specialist met u heeft afgesproken.
• Het kan voorkomen dat u na de behandeling meer pijn hebt. Dit is tijdelijk. U mag dan eventueel paracetamol nemen.

Als er de eerste dagen na de behandeling onverwachte problemen optreden die te maken hebben met de behandeling, neem dan contact op met het ziekenhuis:

Op werkdagen van 08.30 – 12.00 uur en van 13.30 – 16.00 uur belt u met de polikliniek Pijnbestrijding: (073) 553 26 57

Heeft u een probleem buiten kantooruren dat echt niet kan wachten? Bel dan naar de afdeling Spoedeisende Hulp, (073) 553 27 00.