Uw behandelend arts heeft met u gesproken over het risico van een longbloeding. De kans hierop is erg klein. In Nederland komt het ongeveer 4 keer per jaar voor, bij ongeveer 3% van de patiënten met longkanker.

Hoe herkent u een longbloeding?

Bij een longbloeding treedt er plotseling een grote hoeveelheid bloedverlies op vanuit de longen (ongeveer een halve liter). Dit gaat gepaard met hoesten, benauwdheid, soms een reutelende ademhaling, bleek of grauw worden. U kunt transpireren of klam zijn. Uw bewustzijn neemt snel af. Een massale longbloeding betekent altijd dat u hieraan in korte tijd overlijdt. Dit is voor alle betrokkenen een heel heftige situatie. Als uw naasten hierop voorbereid zijn, kan dat helpen om hier zo goed mogelijk mee om te gaan. 

Voorzorgsmaatregelen

Breng naasten op de hoogte

De kans op een longbloeding is klein. Maar als het iemand overkomt, is dat een hele heftige situatie, ook voor de mensen die er bij zijn. Als naasten weten wat ze voor u kunnen betekenen, kan dat helpen om paniekgevoelens op dat moment zoveel mogelijk tegen te gaan. Laat deze informatie daarom lezen aan iedereen die veel tijd met u doorbrengt. De behandelend arts of verpleegkundig specialist informeert huisarts en de thuiszorg over de kans op een longbloeding.

Leg opvangmateriaal klaar

Leg materiaal klaar om bloed uit de longen op te vangen: donkere handdoeken of lakens, plastic zakken en eventueel wegwerphandschoenen. Bewaar dit materiaal op een vaste plek in huis waar naasten snel bij kunnen. 

Haal midazolam in huis

U krijgt een recept mee voor midazolam single dose units. Midazolam is een slaap-/kalmeringsmiddel dat uw naaste snel en eenvoudig in uw neus kan sprayen. Het gaat om 4 sprays (units) van 5 mg. Haal de midazolam in huis en leg deze op een vaste plaats, bij het opvangmateriaal. Wanneer u van huis af gaat, kan het prettig zijn om de midazolam mee te nemen.

Waar kunt u terecht met vragen?

We begrijpen dat u angstig en bezorgd kunt worden van het risico op een longbloeding, hoe klein dat risico ook is. Misschien heeft u ook nog vragen. Bespreek uw vragen of zorgen met de verpleegkundig specialist en/of uw huisarts. Wanneer de situatie zich zou voordoen, dan zullen de hulpverleners u en uw naasten zo goed mogelijk ondersteunen en begeleiden.