Thuismonitoring na een beenamputatie: goed zicht op herstel thuis
Na een intensief revalidatietraject begint thuis een nieuwe fase van herstel. Om mensen na een beenamputatie ook dan goed te begeleiden, bieden zorgprofessionals van Revalidatiecentrum Tolbrug – onderdeel van het Jeroen Bosch Ziekenhuis (JBZ) – sinds een half jaar thuismonitoring aan. Patiënten kunnen via een app aangeven hoe het gaat met lopen, de pasvorm van hun prothese en eventuele pijnklachten. Zo worden problemen eerder gesignaleerd en kan sneller worden ingegrepen. Gaat het goed, dan blijven onnodige ziekenhuisbezoeken achterwege. Tolbrug is het eerste revalidatiecentrum in Nederland waar deze vorm van digitale nazorg wordt ingezet.
Translate instructions
If you wish to view the page on your phone or tablet, then the steps below may not work. Please switch to a desktop computer to translate this website. For translating the text, please follow this instruction:
1. Select the text you want to translate.
2. Choose ‘Vertalen’.
3. Select the language you prefer.
4. You can read and/or listen to the translated text (by Google).
Foto: Synaps
“Het komt regelmatig voor dat een prothese na verloop van tijd niet meer goed zit,” vertellen revalidatieartsen Yvonne van de Ven en Christof Smit. “Dat kan pijn of ongemak veroorzaken, waardoor mensen thuis minder gaan lopen. Terwijl juist in beweging blijven zó belangrijk is voor een actief leven.”
Vroegtijdig signaleren
Na afronding van het revalidatietraject komen patiënten normaal gesproken na drie maanden terug bij Tolbrug voor controle. “We zagen dat mensen met klachten in de tussentijd vaak pas laat aan de bel trokken,” vertelt Van de Ven. “Terwijl, als ze eerder contact hadden opgenomen, we sneller iets hadden kunnen doen aan de pasvorm, tips hadden kunnen geven en misschien pijnklachten of drukplekken hadden kunnen voorkomen.”
Met thuismonitoring kunnen problemen eerder worden gesignaleerd en kan sneller worden ingegrepen. Gaat het goed, dan hoeven patiënten niet onnodig naar het ziekenhuis.
Hoe het werkt
Tijdens het laatste poliklinische bezoek krijgen patiënten uitleg over de Luscii Thuismeten-app. In de eerste drie maanden vullen zij elke twee weken een korte vragenlijst in; daarna wordt de frequentie afgebouwd. De vragen gaan bijvoorbeeld over de pasvorm van de prothese, pijnklachten, wondjes of hoe het bewegen gaat.
De antwoorden komen direct binnen bij verpleegkundigen in het monitoringscentrum van het JBZ. Valt er iets op of heeft een patiënt een vraag, dan nemen zij contact op. Soms is een digitaal advies voldoende, in andere gevallen wordt een afspraak ingepland met de revalidatiearts.
Meer eigen regie
Binnen het JBZ zetten zorgprofessionals zich in voor het vergroten van het gezondheidswelzijn van mensen in de regio ’s-Hertogenbosch. Dat betekent niet alleen goede zorg bieden, maar ook mensen helpen om zelf meer regie te nemen over hun gezondheidswelzijn, bijvoorbeeld met thuismonitoring. In het JBZ zijn inmiddels meer dan 47 thuismonitoringprogramma’s actief voor uiteenlopende aandoeningen, en dat aantal blijft groeien.