Longkanker kleincellig (SCLC)

De kleincellige vorm van longkanker kenmerkt zich door hele kleine, kwetsbare cellen die zich bijzonder snel delen. Hierdoor kunnen zij zich razendsnel door het lichaam verspreiden.

Dit gebeurt via de lymfebanen naar de lymfeklieren, en via de bloedbaan naar verschillende organen. Vaak is het kleincellige longkanker dan ook al uitgezaaid op het moment dat klachten ontstaan. Ongeveer 20% van de gevallen van longkanker is kleincellig.

 

Het stadium van de ziekte

Naast het vaststellen van het type longkanker is het stadium van de ziekte belangrijk. Met het stadium bedoelen we de mate waarin de ziekte zich in het lichaam heeft uitgebreid. Kleincellige longkanker wordt in 2 stadia ingedeeld:

  • Beperkte ziekte, waarbij er geen tekenen van uitzaaiing zijn buiten de borstkas.
  • Uitgebreide ziekte, waarbij uitzaaiingen gevonden zijn.

Om het stadium van uw ziekte vast te stellen, is verder onderzoek nodig. Bijvoorbeeld een echografie van de bovenbuik, botscan, CT-scan van het hoofd, PETscan, longpunctie, mediastinoscopie, endoscopische echografie (EUS), of endobronchiale echografie (EBUS). Deze onderzoeken worden gedaan als uw longarts dat nodig vindt. Niet iedereen krijgt al deze onderzoeken. Uw longarts vertelt u welke onderzoeken hij bij u adviseert en waarom. U krijgt hier aanvullende informatie over.

De behandelmogelijkheden

De behandeling van kleincellige longkanker is volkomen anders dan van niet-kleincellige longkanker. Meestal krijgt u geen operatie, maar krijgt u een behandeling van radiotherapie en/of chemotherapie. Deze behandelingen zijn niet genezend maar kunnen wel levensverlengend zijn. U krijgt van uw longarts een behandelingsvoorstel dat is afgestemd op uw persoonlijke situatie.

Behandeling gericht op genezing?

Een curatieve behandeling is een behandeling die gericht is op volledige genezing. Als het gaat om een zeer kleine tumor zonder tekenen van uitzaaiing volgt een operatie. De arts verwijdert daarbij de tumor en het weefsel wat eromheen ligt. Hierna volgt een behandeling met chemotherapie en vaak ook bestraling (radiotherapie). Dit laatste gebeurt om eventuele zeer kleine uitzaaiingen te vernietigen, die met de onderzoeken niet zijn te vinden.

Palliatieve behandelmogelijkheden

Een palliatieve behandeling is gericht op het verzachten van hinderlijke klachten die de ziekte geeft. Het resultaat moet de kwaliteit van leven verhogen, in een fase waarin genezen niet meer mogelijk is. Een palliatieve behandeling kan bestaan uit het toedienen van medicijnen zoals chemotherapie. Ook bestraling kan als middel ingezet worden om de aanwezige klachten te verminderen.

Code ONC-224
Laatste revisie: 14 oktober 2022 - 11:10