Headerafbeelding
Kersenbloesem in de binnentuin
Behandeling

Beademing met een masker (non-invasieve beademing)

Bij beademing met een masker krijgt u een masker over uw neus en mond.

Een belangrijke reden waarom een patiënt op de Intensive Care ligt, is dat de patiënt zelf niet goed kan ademen. De patiënt heeft extra zuurstof nodig en als dit niet voldoende is moet de ademhaling ook ondersteund worden. Dit kan met beademing.

Hoe verloopt de behandeling?

Hier vindt u alle belangrijke informatie over de behandeling.

Betrokken afdelingen

Code ICA-029
Laatste revisie: 16 april 2024 - 15:16
Hoe verloopt de behandeling?

Beademing met een masker (non-invasieve beademing)

Wat is beademing?

Beademing wil zeggen dat een patiënt wordt aangesloten aan een beademingsapparaat. Dit apparaat voorziet de longen van lucht en zuurstof door middel van druk. Hierdoor wordt het ademhalen gemakkelijker en kost het minder inspanning. Er zijn 2 vormen van beademen:

  • Non-invasieve beademing. Dit is beademen met een kapje of masker over de mond en neus of over het hele gezicht.
  • Invasieve beademing. Dit is beademen met een beademingsbuisje dat in de luchtpijp wordt gebracht.

Welke vorm van beademen wordt gekozen, is afhankelijk van de reden voor de beademing en de algehele toestand van de patiënt. Deze informatie gaat over het beademen met een masker, dus de non-invasieve beademing.

Voordelen

  • De lucht die de beademingsmachine geeft is warm en bevochtigd. Dit is belangrijk voor de slijmvliezen en luchtwegen.
  • Tijdens non-invasieve beademing is de patiënt aanspreekbaar en in staat om met het masker op te praten. 
  • Non-invasieve beademing kan op elk moment gestart en gestopt worden. Hierdoor kan een patiënt afwisselend zelfstandig ademen of ondersteund worden door de beademingsmachine.
  • Non-invasieve beademing veroorzaakt minder luchtweginfecties in vergelijking tot de invasieve beademing.
  • Na non-invasieve beademing hoeft de patiënt meestal korter op de Intensive Care te blijven dan na invasieve beademing.

Wat is non-invasieve beademing?

Bij ‘non-invasieve beademing’ krijgt de patiënt een masker over de neus en mond of over het gezicht.

De patiënt ademt zelf, met ondersteuning van de beademingsmachine. Deze is verbonden met het masker en zorgt ervoor dat door middel van druk, lucht en zuurstof naar de patiënt worden geblazen. De machine wordt zo ingesteld dat de longen voldoende lucht en zuurstof krijgen met de minst mogelijke inspanning voor de patiënt.

Wat houdt de behandeling in?

Het masker over de neus en de mond zit vrij strak. Dit is nodig om de beademing goed te kunnen toepassen. Wanneer de patiënt inademt, geeft de machine lucht met daarin indien nodig extra zuurstof mee. Hierdoor wordt het ademen makkelijker en krijgt de patiënt meer lucht binnen. Het doel is dat de patiënt daardoor minder inspanning hoeft te leveren voor de ademhaling en dat het benauwde gevoel vermindert.

Tijdens de uitademing geeft de machine een klein beetje tegendruk. Hierdoor wordt de zuurstof beter opgenomen in het bloed en stijgt het zuurstofgehalte in het bloed. Als er delen van de longen zijn samengevallen, zorgt de tegendruk er ook voor dat deze longblaasjes zich weer kunnen openen. Als er vocht in de longen aanwezig is, zorgt de tegendruk van de beademing er ook voor dat dit vocht terug de bloedbaan in gaat.

Bij het aanmeten van het masker en het opstarten van de beademing blijft er een verpleegkundige bij de patiënt. De verpleegkundige stelt de beademingsmachine in en begeleid de patiënt. De beademingsmachine en het masker worden zo ingesteld dat de patiënt comfortabel is. Daarnaast voert de verpleegkundige regelmatig een aantal controles uit, zoals de controle van de bloeddruk, de hartslag en het koolzuur en zuurstofgehalte in het bloed. Hiervoor zal er een aantal keren bloed worden afgenomen.

masker non-invasieve beademing
Afbeelding: beademingsmasker
masker non-invasieve beademing vooraanzicht

Risico's

Non-invasieve beademing heeft ook een aantal nadelen:

  • De patiënt kan drukplekken op zijn of haar voorhoofd, neusbrug en kin krijgen door het strakke masker.
  • Doordat er tegendruk op het masker staat, kan de patiënt lucht inslikken, soms misselijk worden en in zeldzame gevallen overgeven. Bij overgeven is er een kans dat braaksel in de luchtwegen terechtkomt. Hierdoor kan er een longontsteking optreden. Om dit te voorkomen, krijgt de patiënt vaak een maaghevel die de lucht weer uit de maag laat lopen. Een maaghevel is een slang die via de neus of mond naar de maag gaat.
  • Het beademingsmasker bedekt de mond en de neus. Dit kan als angstig of benauwd worden ervaren door de patiënt.
  • De ogen kunnen geïrriteerd raken doordat dat er lucht langs het masker lekt. 

Tijdens de behandeling

Praten met het beademingsmasker

Het beademingsmasker bedekt de mond en neus en wordt met elastieken bandjes achter het hoofd op zijn plaats gehouden. Door de luchtstroom van de beademingsmachine, is het nodig om harder te praten omdat de patiënt u anders niet kan horen. De patiënt kan gewoon praten terwijl het beademingsmasker op de mond en neus zit, maar is wel moeilijker te verstaan. Het praten kost daarom veel inspanning en energie. Stel daarom het liefst vragen die de patiënt met ‘ja’ of ‘nee’ kan beantwoorden.

Voeding

Soms heeft de patiënt een maagsonde en meestal een infuus waardoor voeding en vocht toegediend worden. De maagsonde wordt onderlangs via het beademingsmasker geleid. Wanneer de patiënt weer zelf kan eten en drinken, doet een verpleegkundige het beademingsmasker even af. De ademhalingsondersteuning wordt dan dus even onderbroken. 

Verzorging

De verpleegkundigen halen het beademingsmasker even van het gezicht, voor het verzorgen van het gezicht, het poetsen van de tanden en het verzorgen van de ogen. De verpleegkundige verzorgt de ogen, lippen, tong en mond regelmatig. Door de aanhoudende luchtstroom via het beademingsmasker kunnen de ogen, lippen, tong en mond namelijk uitdrogen en het gevoel van dorst geven. 

Hoe lang moet er beademd worden?

  • Het beademen kan enkele uren tot enkele dagen duren.
  • Wanneer de toestand en de conditie verbetert, kan de patiënt weer zonder beademingsmasker gaan ademen. De ademhalingsondersteuning met het mond-neusmasker bouwen we in stapjes af. Hoe lang dit duurt is voor elke patiënt verschillend. Er is geen algemene richtlijn hiervoor.
  • Als de beademingsondersteuning via het masker onvoldoende effect geeft, kan de arts in overleg met de patiënt besluiten een beademingsbuisje in te brengen.

Heeft u nog vragen?

Bij vragen of problemen kunt u altijd contact opnemen met de verpleegkundigen of artsen van de Intensive Care.