Praten met het beademingsmasker
Het beademingsmasker bedekt de mond en neus en wordt met elastieken bandjes achter het hoofd op zijn plaats gehouden. Door de luchtstroom van de beademingsmachine, is het nodig om harder te praten omdat de patiënt u anders niet kan horen. De patiënt kan gewoon praten terwijl het beademingsmasker op de mond en neus zit, maar is wel moeilijker te verstaan. Het praten kost daarom veel inspanning en energie. Stel daarom het liefst vragen die de patiënt met ‘ja’ of ‘nee’ kan beantwoorden.
Voeding
Waarschijnlijk heeft de patiënt een maagsonde en een infuus waardoor voeding en vocht toegediend worden. De maagsonde wordt onderlangs via het beademingsmasker geleid. Wanneer de patiënt weer zelf mag gaan eten en drinken, doet een verpleegkundige het beademingsmasker even af. De ademhalingsondersteuning wordt dan dus even onderbroken. Vooral in het begin van de behandeling doen we dit zo min mogelijk, omdat dit benauwd kan zijn voor de patiënt.
Verzorging
De verpleegkundigen halen het beademingsmasker even van het gezicht, voor het verzorgen van het gezicht, het poetsen van de tanden en het verzorgen van de ogen. De verpleegkundige verzorgt de ogen, lippen, tong en mond regelmatig. Door de aanhoudende luchtstroom via het beademingsmasker kunnen de ogen, lippen, tong en mond namelijk uitdrogen en het gevoel van dorst geven.