Verslikken en het daarbij horende hoesten is de bekendste vorm van slikproblemen. Iedereen verslikt zich wel eens, en voor gezonde mensen zal dit weinig gevolgen hebben. Er zijn echter ook patiënten die niet meer kunnen kauwen of problemen hebben om het voedsel vanuit de mond naar de keel te krijgen. Als er langere tijd slikproblemen zijn, kunnen er levensbedreigende situaties ontstaan.
Lees meer
Slikproblemen kunnen ontstaan na een neurologisch aandoening, bijvoorbeeld een beroerte of een spierziekte. Ook door operaties of bestraling in het hoofdhalsgebied kunnen problemen optreden. Verder kunnen slikproblemen ontstaan door het ouder worden. De spieren gaan dan minder krachtig werken en het hele slikproces verloopt langzamer.
Onderzoeken
Bij slikproblemen vraagt uw behandelend arts de logopedist om mee te kijken naar de problemen. Uw arts kan ook de diëtist, de keel-, neus- en oorarts (KNO- arts) of de radioloog inschakelen.
De logopedist doet het slikonderzoek bij u. Zij kijkt naar de beweeglijkheid en het gevoel van uw lippen, tong en kaak en bekijkt de slikbeweging. De diëtist bespreekt met u of u een complete voeding gebruikt, die voorziet in uw behoefte.
Soms vinden de logopedist en de arts het nodig dat er nog verder onderzoek gedaan wordt. De radioloog kan dan een röntgen- slikvideo maken. Tijdens dit onderzoek slikt u voeding door van verschillende diktes met contrastmiddel. Met een röntgenapparaat kan het slikproces in beeld worden gebracht. Het onderzoek duurt ongeveer een half uur en vindt plaats op de afdeling Radiologie. De logopedist is bij dit onderzoek aanwezig.
Zo nodig kan een KNO-arts in consult gevraagd worden. De KNO-arts bekijkt hoe onder andere uw gehemelte, strottenhoofd en stembanden werken.
U doet bijvoorbeeld oefeningen om bepaalde spieren of spiergroepen te trainen. De logopedist geeft daarnaast adviezen over de samenstelling en de mate van vastheid van het voedsel en over uw houding tijdens het eten en drinken. Maar ook hoe het voedsel aangeboden kan worden.
