Onderzoekers van de Erasmus Universiteit in Rotterdam hebben zeer strikte criteria opgesteld waaraan iemand moet voldoen om in aanmerking te komen voor deze mogelijkheid. Zij hebben hiervoor een grote groep patiënten met prostaatkanker gevolgd en naar het ziekteverloop van deze groep gekeken. De criteria staan internationaal bekend als de PRIAS-criteria. Uw behandelaar kan met u bespreken of uw situatie aan deze criteria voldoet.

Actief opvolgen heeft een belangrijk voordeel. Zolang u niet wordt behandeld, heeft u ook geen last van de bijwerkingen van behandeling. Bijvoorbeeld ongewild urine- en/of ontlastingsverlies (incontinentie) of geen erectie meer kunnen krijgen of behouden (impotentie). 

Het nadeel is dat u weet dat u prostaatkanker heeft, maar dat u hiervoor nog niet wordt behandeld. Sommige patiënten vinden het lastig om hiermee om te gaan.

• Iedere 3 maanden wordt uw bloed geprikt om het PSA-gehalte te controleren.
• Tijdens een controle op de polikliniek (iedere 3 maanden) voelt uw behandelaar aan de prostaat (lichamelijk onderzoek).
• Na 1 jaar krijgt u een prostaatbiopsie en eventueel een MRI-onderzoek van de prostaat. Uw behandelaar vergelijkt het weefsel met de uitslag van de biopsie die eerder is gedaan. Mogelijk wordt dit onderzoek later herhaald.
• Na 2 jaar krijgt u het bloedonderzoek en lichamelijk onderzoek iedere 6 maanden (in plaats van iedere 3 maanden).

Bij actief opvolgen komt u iedere 3 maanden op controle. Na 2 jaar is dat iedere 6 maanden. Door de regelmatige onderzoeken krijgt uw behandelaar veel informatie over eventuele veranderingen van uw prostaatkanker. Op vaste tijdstippen wordt er zo beoordeelt of er sprake is van een stabiele situatie of dat u met een behandeling moet gaan beginnen.

Het afwachtende beleid betekent dus niet dat er geen behandeling zal volgen. We stellen de behandeling uit, zolang als dit verantwoord is.